"Het probleem met huizen is dat ze geen vaste prijs hebben", zegt
Hans André de la Porte van Vereniging Eigen Huis (VEH). Volgens de
organisatie kun je om de prijs van je huis te bepalen, het beste op websites
kijken wat voor vergelijkbare woningen gevraagd wordt.

Daarnaast is bij het Kadaster na te gaan wat voor vergelijkbare huizen in de
buurt is betaald. Ook kun je natuurlijk aan een makelaar vragen wat hij
aanraadt. "Vervolgens kun je je prijs na verloop van tijd altijd nog
aanpassen.”

Dit was altijd al zo, geeft De la Porte toe. De economische malaise,
verandert daar niets aan. Wel is het vooral in de huidige situatie raadzaam
is om realistisch te zijn, zegt hij. Vooral als je een huis hebt dat
moeilijker in de markt ligt.

Bezit je een woning die dicht bij de snelweg of een druk kruispunt ligt, dan
kan het zijn dat je veel kijkers krijgt, maar geen enkel bod. Hetzelfde
geldt voor minder goed onderhouden huizen. "De ligging en de kwaliteit
ervan maken tegenwoordig echt het verschil.”

Dat was een decennium geleden wel anders. “Mensen veranderen gemiddeld
een keer per tien jaar van huis. Zet je nu met de herinnering aan tien jaar
geleden je woning te koop, dan kan dat wel eens tegenvallen”, aldus De la
Porte.

Dat de huizenprijs lijkt te stagneren wil volgens de VEH niet zeggen, dat je
ook alleen minder voor een woning kan vragen dan je er ooit voor betaald
hebt. Wel is het zo dat de inflatie de prijsstijging van huizen inhaalt,
waardoor woningen dus effectief minder waard zijn geworden.

Om de verkoopprijs van je huis te bepalen, kun je ook gebruik maken van
allerhande rekenmodules op internet. Wat levert dit voor resultaten op?

In de Rotterdamse wijk Spangen werden twee jaar geleden voormalige
huurappartementen opgeknapt, samengevoegd en als herenhuis verkocht. De
prijs: een kleine 250.000 euro per stuk.

Op Brixter.nl, een site van Telegraaf Media Online, kun je een adres in tikken
waarna de waarde van het huis verschijnt. De betreffende woningen in Spangen
zijn volgens Brixter.nl momenteel 79.347 euro waard. Maar
woningwaardemeter.nl, een site van de DSB Bank, komt voor hetzelfde huis uit
op 266.471 euro.

Op vindjeeigenhuis.nl van het Kadaster, zie je de gemiddelde prijs van de
woningen in de buurt. Voor Spangen levert dit een prijs van 131.728 euro per
appartement op. Wil je weten voor welk bedrag een specifiek huis eerder over
de toonbank ging, dan kun je bij het Kadaster ook een koopsomoverzicht
aanvragen. Dit kost je 1,95 euro.

Ook de Consumentenbond heeft een woningwaardemeter op zijn site staan.
Deze is ontwikkeld door de Hypotheker. Wil je die gebruiken dan moet je wel
eerst lid worden. Op de site van de Hypotheker zelf kun je de zogenoemde
Woningwaardemeter Basis in vullen. Het huis in Spangen levert een waarde op
van 151.676 euro.

Een tweede test van Z24 met een willekeurig benedenhuis in Amsterdamse Pijp,
levert eveneens uiteenlopende waarden op. “Aan die vergelijkingssites heb je
niets", concludeert Vereniging Eigen Huis dan ook. “Ze verschillen te
veel en leveren te grote marges op. Bovendien baseren de sites zich vaak op
de WOZ-waarde van het huis en woningen in de omgeving, waardoor ze veel
subjectieve zaken buiten beschouwing laten.”

Uiteraard kun je om de prijs te bepalen je huis ook officieel laten
taxeren. De VEH wijst er echter op dat je hiervoor moet betalen. Volgens de
vereniging wordt dit daarom eigenlijk nooit in opdracht van de verkopende
partij gedaan. Het is doorgaans de (potentiële) koper die een taxatierapport
laat maken, omdat hij dat nodig heeft om een hypotheek af te sluiten.

In zo'n rapport staat wat de executiewaarde van het huis is, voor het geval de
bank het moet verkopen omdat de bezitter failliet gaat. Dit bedrag is over
het algemeen lager dan de verkoopprijs.

De la Porte van Vereniging Eigen Huis: "Als je je huis verkoopt,
dan moet je goed nagaan wat hij waard is. Maar voor hoeveel je je woning
verkoopt, bepaalt uiteindelijk de koper.”

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl