Ajax heeft na de eerdere nederlaag thuis tegen Rosenborg nu ook de uitwedstrijd in Noorwegen verloren: 3-2. Daarmee hebben de Amsterdammers zich voor het eerst in 51 jaar niet geplaatst voor Europees voetbal.

In 1991 ontbrak Ajax ook, maar dat kwam vanwege diskwalificatie door het zogeheten staafincident.

Ajax was vorig seizoen nog finalist van de Europa League en verdiende daar los van de kaartverkoop zo’n 12 miljoen euro mee. Die inkomsten moet de club nu missen.

En de sportieve gevolgen kunnen nog veel groter zijn, want het is maar de vraag of belangrijke spelers als Ziyech en Dolberg wel in Amsterdam willen blijven zonder Europees voetbal. Technisch manager Marc Overmars zei eerder nog dat ‘er geen speler meer weg gaat’, maar de transfermarkt is nog tot 1 september open.

AS Monaco zou al 50 miljoen euro hebben geboden voor Dolberg en Ajax moet zich nog even goed achter de oren krabben of zo’n megabod wel is af te slaan, want aan een ontevreden speler hebben ze ook niks.

Late tegentreffers

Het zag er in de tweede helft lang naar uit dat de ploeg van de nieuwe trainer Marcel Keizer zich ondanks de thuisnederlaag toch zou plaatsen voor het hoofdtoernooi van de Europa League. Na de openingstreffer van Nicklas Bendtner voor de kampioen van Noorwegen in de 26ste minuut, liep Ajax na rust uit naar 1-2. Amin Younes maakte na een uur gelijk en liet twee minuten later Lasse Schöne scoren.

Ajax miste kansen op 1-3 en incasseerde vervolgens in de laatste tien minuten twee tegendoelpunten van Samuel Adegbenro.

Eerder op de avond ging FC Utrecht in de verlenging met 2-0 onderuit tegen Zenit St. Petersburg en daardoor is Vitesse de enige Nederlandse deelnemer aan de groepsfase van de Europa League. Feyenoord vertegenwoordigt ons land in de Champions League.