Wil het Rijk orde op zaken stellen in de nucleaire industrie, dan kan men rekening houden met een financiële tegenvaller die kan oplopen tot 400 miljoen euro.
Dat schrijft de Volkskrant naar aanleiding van het opduiken van een overzicht dat hoge ambtenaren van vier ministeries deze zomer hebben opgesteld op verzoek van informateur Edith Schippers.
In het document van de Hoogambtelijke Werkgroep Nucleair Landschap staat dat de grootste tegenvaller de sloop van de kerncentrale van Dodewaard is. Deze werd al in 1997 gesloten, maar het is nog altijd onduidelijk wie de sloop gaat betalen.
Het officiële standpunt van de overheid is dat de aandeelhouders dit moeten betalen: de energiemaatschappijen Vattenfall, Engie, Uniper en EPZ. De werkgroep denkt alleen niet dat dat nog staat te gebeuren. En daarmee geven de ministeries voor het eerst toe dat de overheid mogelijk voor de sloopkosten van Dodewaard opdraait: 200 miljoen euro.
Kernafval Petten
Ook het kernafval van Petten blijft een onverminderd groot probleem. Er is opnieuw 100 miljoen euro nodig om de kernreactor van zijn afval af te helpen, door het te vervoeren naar de Centrale Organisatie voor Radioactief Afval (Covra) bij Borssele. Petten kan de kosten niet zelf opbrengen, de staat gaf er de afgelopen twintig jaar al 100 miljoen euro aan uit.
Daarnaast moet er nog eens 60 tot 100 miljoen euro worden vrijgemaakt - een 'grove schatting' - voor een nieuwe reactor op het terrein van Petten. Het officiële standpunt van het Rijk is dat de reactor op private grondslag moet worden gefinancierd, maar ook dat zit er waarschijnlijk niet in.
Identieke brief
De krant meldt dat het document van de werkgroep opmerkelijk is. In juli werd een vrijwel identieke brief naar de Tweede Kamer verstuurd, daarin werden geen bedragen genoemd. Er staat ook niet in dat de sloop van de centrale van Dodewaard mogelijk op rekening van het Rijk komt en dat de sloop vervroegd moet worden. Volgens een woordvoerder van Financiën zijn die gegevens niet verstrekt omdat het 'bedrijfsvertrouwelijke informatie' was.
De documenten zijn nu alsnog publiek gemaakt, dankzij de antikernenergiebeweging Laka. De waarschuwingen van de werkgroep zijn niet opgenomen in het regeringsbeleid.
