De Tunesische terrorist Anis Amri, de man achter de aanslag in Berlijn, heeft op 21 december enkele uren in Amsterdam doorgebracht. Dat blijkt uit een brief die minister van Justitie Ard van der Steur woensdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Het Landelijk Parket liet eerder woensdag weten dat Amri twee dagen na de aanslag een trein van Nijmegen naar Amsterdam CS had genomen. Onduidelijk was nog wat hij had gedaan in de uren voordat hij even voor 16:00 uur vertrok in een trein naar Brussel. Nu blijkt hij dus enkele uren in de stad te hebben doorgebracht.
Waar Amri in Amsterdam heenging zegt Van der Steur niet. Hij benadrukt dat het onderzoek nog in volle gang is.
Via Brussel en Lyon naar Milaan
Amri is naar het zich laat aanzien toen via Brussel naar Lyon gegaan. Hij kwam 22 december in de namiddag met een bus aan op het station Lyon-Part-Dieu waar hij een trein naar Italië nam. Hij stapte in het Franse Chambéry over en reisde met regionale treinen verder. Zo is hij op het Italiaanse grensstation van Bardonecchia gesignaleerd en ongeveer kwart over tien ’s avonds liep hij door het station van Turijn. Volgens Italiaanse media was hij twee uur lang in die stad.
Kort voor 01.00 uur op vrijdag 23 december is hij op het station van Milaan gefilmd. Hij werd doodgeschoten in een voorstad, Sesto San Giovanni, toen agenten hem rond 03.30 uur naar zijn papieren vroegen en Amri het vuur opende.
