Softwareontwikkelaars die nieuwe programmeertalen willen leren, komen al gauw uit bij GitHub, een codeplatform van Mircosoft waar meer dan 40 miljoen ontwikkelaars hun software delen. Op GitHub werken niet alleen professionele programmeurs samen aan projecten, ook studenten, hobbyisten en andere codekloppers zijn op het opensourceplatform actief.

Jaarlijks publiceert het in 2008 opgerichte GitHub The State of the Octoverse, een rapport over de meest populaire programmeertalen en projecten op de site. Hoewel de gevestigde spelers als JavaScript en Java meestal de lijsten aanvoeren, houdt GitHub ook bij wat de opkomende talen en infrastructuren zijn en welke het snelst groeien.

Volgens Stephen O’Grady, analist en mede-oprichter van onderzoeksbureau RedMonk, hebben dergelijke snelgroeiende talen drie zaken met elkaar gemeen.

In de eerste plaats zijn de talen flexibel. Zo is Python niet alleen heel geschikt voor machine learning, maar ook voor datawetenschap en andere data-intensieve, technische taken.

Een tweede kenmerk is dat de nieuwe talen, zoals Rust en TypeScript, speciale functionaliteiten hebben die aanhaken op cyberveiligheid. “Ontwikkelaars geven de voorkeur aan het gebruik van tools die van nature veilig zijn, zodat ze daar geen extra tijd en energie aan kwijt zijn”, aldus O’Grady vorige week tijdens GitHub Universe, het jaarlijkse even dat het bedrijf in San Francisco houdt.

Een derde kenmerk is dat veel van deze talen deels gebaseerd zijn op, en vaak compatibel zijn met, bestaande talen. Iets wat hen toegang biedt tot bestaande gemeenschappen. Zo is TypeScript populair onder JavaScript-ontwikkelaars terwijl Kotlin een hit is binnen de Java-community.

Dit zijn de snelstgroeiende programmeertalen volgens GitHub:


10. Go

Foto: Google

Go, ook wel bekend als Golang, is een programmeertaal die door Robert Griesemer, Rob Pike en Ken Thompson bij Google is ontwikkeld. In 2009 gaf Google Go vrij als een opensourcetaal, zodat iedereen die kan gebruiken, downloaden of bewerken. Go is aanvankelijk ontworpen voor grootschalige systemen (zoals die van Google).


9. Assembly

Foto: Assemblage bij IBM in 1959. Bron: Bettmann/Getty Images

Assembly is een taal die vrijwel rechtstreeks met de computer 'praat' - dus in nulletjes en eentjes. Ontwikkelaars gebruiken Assembly om instructies voor computers te schrijven om data op het laagst mogelijke niveau te bewerken. Kan een vervelend klusje zijn: elk regel code gaat gepaard met de allereenvoudigste instructies. Voordeel is wel dat ontwikkelaars hun codes tot op microniveau kunnen verfijnen.


8. Python

Foto: Shutterstock

Python is één van de snelstgroeiende talen, maar ook één van de meest populaire. Het is opensource, dus iedereen kan eraan sleutelen, en het is ook nog eens laagdrempelig genoeg voor beginners. Python wordt veel gebruikt voor webgerelateerde taken, dataverwerking en kunstmatige intelligentie.

"We zien vaak dat Python voor veel mensen niet zozeer de eerste taal, maar wél de tweede is", aldus vicepresident engineering en data Rachel Potvin van GitHub tijdens het GitHub Universe afgelopen woensdag. "Wat een rol speelt in de toegenomen populariteit van Python is de explosie aan werk in datawetenschappen en machine learning."


7. Apex

Foto: Respawn Entertainment/EA

Salesforce ontwikkelde Apex aanvankelijk voor eigen gebruik. Ontwikkelaars konden taken als het updaten van klantbestanden en het maken van klantrapportages er eenvoudig mee automatiseren. Apex is gemaakt om met grote hoeveelheden data te werken en lijkt een beetje op Java.


6. PowerShell

Foto: Nintendo

PowerShell is een vondst van Microsoft, gebouwd op diens populaire .NET. Het is een opensourcetaal waarmee ontwikkelaars instructies direct naar hun computersystemen kunnen schrijven en er hun besturingssystemen mee kunnen managen. Handig voor IT-afdelingen die taken als het invoeren van nieuwe gebruikers of het netwerkbreed doorvoeren van updates moeten automatiseren. PowerShell is nu te vinden op Linux, Apples MacOS en Microsofts bloedeigen Windows.


5. TypeScript

Foto: Reuters

TypeScript is zowel een snelle groeier als een populaire taal. TypeScript komt uit de kraamkamer van Microsoft en lijkt op JavaScript. Zozeer dat ontwikkelaars beide talen kunnen combineren. TypeScript heeft echter wat functionaliteiten die JavaScript ontbeert waardoor ontwikkelaars er grootschalige software mee kunnen bouwen. TypeScript wordt ook ondersteund door Visual Studio Code, de gratis code-editor van Microsoft.


4. Kotlin

Foto: Business Insider

Ook opensource is Kotlin. Deze taal lijkt op Java en ontwikkelaars kunnen ook deze weer matchen en mixen. Groot pluspunt van Kotlin: speciale functionaliteit tegen bugs. Kotlin is ook beknopter; ontwikkelaars hoeven niet zo veel te schrijven voor eenzelfde resultaat. De taal wordt veelvuldig gebruikt om Android-apps te bouwen. Vorig jaar was Kotlin de snelste groeier, het wordt gebruikt door bedrijven als Google, Square en Atlassian.


3. HCL

Foto: Hollis Johnson

HCL staat HashiCorp Configuration Language en is ontwikkeld door de startup HashiCorp, dat tools ontwerpt waarmee programmeurs software in de cloud kunnen managen. HCL werd oorspronkelijk ontwikkeld voor de eigen clouddoeleinden zoals Terraform en is eenvoudig leesbaar.


2. Rust

Foto: Marco Verch/Flickr

Snel en efficiënter omgaan met geheugen, dat was de instreek voor de ontwikkelaars van Rust. Rust beschikt over functionaliteiten waarmee veelgemaakte ontwikkelfouten en bugs voorkomen worden. Rust is opensource en wordt gesponsord door Mozilla, gebruikt in games, besturingssystemen, virtual reality en voor andere systeemintensieve taken.


1. Dart

Foto: Wikimedia Commons

Op nummer 1 staat het door Google ontwikkelde Dart dat speciaal is gemaakt om gebruikersinterfaces te ontwerpen. Dart lijkt op JavaScript en wordt ook gebruikt bij Googles Flutter, een gebruikersinterface-toolkit voor het bouwen van mobiele apps en webapps.


Lees meer: