Het extreem zonnige voorjaar is goed voor de opbrengst van zonnepanelen. Die steeg 11 procent ten opzichte van het gemiddelde van de laatste vier jaar, blijkt uit cijfers van Essent.
Huishoudens met zonnepanelen besparen in 2020 gemiddeld 604 euro op hun energiekosten. Alleen in 2018 was dat meer, met 630 euro.
De maanden maart, april en mei profiteerden van gemiddeld bijna de helft meer zonuren. Het aantal zonuren in april was zelfs bijna 60 procent hoger dan normaal.
Dat veel zon goed is als je zonnepanelen op het dak hebt liggen lijkt voor de hand liggend, maar de gunstige invloed ziet Essent ook terug in de berekeningen van de opbrengst. Door het extreem zonnige voorjaar lag de opbrengst flink hoger dan gemiddeld.
Het is dus een goed jaar voor zonnepanelen. Uit de gegevens van het energiebedrijf blijkt dat de opbrengst van januari tot en met juli steeg met ruim 20 procent in vergelijking met dezelfde periode van het langjarig gemiddelde.
Ook ten opzichte van recente jaren is er een stijging te zien. De opbrengst steeg in de eerste zeven maanden van 2020 zo’n 11 procent ten opzichte van het gemiddelde van de laatste vier jaar.
De maanden maart, april en mei profiteerden van gemiddeld bijna de helft meer zonuren. Het aantal zonuren in april was zelfs bijna 60 procent hoger dan normaal. De maand mei genereert de laatste vier jaar structureel meer zonuren en wordt daardoor steeds belangrijker voor de opbrengst van zonnepanelen, aldus Essent.
Vanaf 2016 leveren zonnepanelen steeds meer op, van gemiddeld 526 euro naar 589 euro per jaar. Volgens de voorlopige berekeningen moeten zonnepaneelbezitters dit jaar gemiddeld zo'n 604 euro besparen op de jaarlijkse energierekening. Alleen in 2018 was dat meer, met 630 euro.
