Falen doet pijn. Ook als het niet jezelf betreft, maar een ander waar je dichtbij staat. Als manager moet je met dit gevoel kunnen omgaan.

Jake Poses, voorheen directeur bij de Amerikaanse klusjessite Thumbtack, stelt in een artikel op de site Quartz dat het managen van millennials – de generatie geboren tussen pakweg 1980 en het jaar 2000 – neerkomt op ‘laten falen’.

Poses, die inmiddels topman is van een andere startup en zestig millennials in dienst heeft in verschillende teams, zei dat hij moeite had met dit idee toen hij manager werd. Hij realiseerde zich dat veel van zijn jongere werknemers gefrustreerd raakten, als ze te horen kregen dat ze niet méér taken op zich konden nemen dan dat ze aankonden.

Poses pakt het inmiddels anders aan:

“Ik geef millennials in mijn team vaak iets dat écht veel van ze vraagt. Ik geef ze de leiding over een groot project met een enorm bereik, vraag hen iets te bouwen met een nieuwe technologie of geef ze zelfs de verantwoordelijkheid om iemand anders aan te sturen.”

"Dit zijn meestal veeleisende taken, maar er is wel ruimte om te falen. Ik bewaar de meest kritieke taken voor de mensen die zichzelf bewezen hebben."

De aanpak van Poses lijkt op iets dat techreus Google doet. Bij Google worden er doelen en sleutelresultaten vastgesteld. Elk resultaat wordt beoordeeld op een schaal van 0 tot 1. Het streven is niet om een perfecte 1 te scoren, maar om ergens tussen de 0,6 en 0,7 te belanden.

Het idee is dat als je een 1 scoorde, je doel te makkelijk te halen was. Als je scoort tussen de 0,6 en 0,7 dan denk je waarschijnlijk groots.

Poses schrijft dat hij soms aangenaam verrast is, wanneer iemand zijn streefdoel volledig bereikt: "Zo vind ik mijn echte sterren."

Het concept 'struikelblokken' is onderdeel van de werkcultuur in Silicon Valley, waar de mantra 'fail fast, fail often' is.

Als het artikel van Poses indicatief is voor een bredere trend, lijkt het erop dat de aandacht voor 'mislukken' inmiddels ook doorsijpelt in de manier van leidinggeven bij techbedrijven in Silicon Valley.

Lees het volledige artikel op Quartz »