Het maandag gepresenteerde plan van het kabinet om de kloof tussen vast en flexibel werk te verkleinen, is niet in goede aard gevallen bij werkgevers in de detailhandel, horeca en tuinbouw.

Dat schrijft het FD (€) donderdag.

Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken wil tijdelijke contracten, uitzendwerk en payrolling vanaf 2020 fors duurder maken.

Maar volgens werkgevers in branches met veel tijdelijk werk zorgt dit alleen maar voor een verschuiving naar minder gereguleerde flexvormen, zoals zzp-inhuur en buitenlandconstructies.

“Koolmees schiet zichzelf in de voet. Het plukken van kersen en het steken van asperges is per definitie tijdelijk werk. Als je dat zo veel duurder maakt, verdwijnt het vanzelf naar het buitenland”, zegt Marc Calon, voorzitter van landbouwkoepel LTO Nederland, in de krant.

Ook in de horeca zijn de plannen van Koolmees met weinig enthousiasme ontvangen, de branche bestaat voor 70 procent uit flexwerk.

Beleidsadviseur Paul Schoormans van Koninklijke Horeca Nederland laat weten dat het plan om de WW-premie voor flexwerkers te verhogen (en die voor vaste werknemers te verlagen) een zware boete is voor de hele sector. Volgens hem is het 'symptoombestrijding'. Ook hier wordt verwacht dat het mkb uitwijkt naar zzp-inhuur.

In het nieuwe wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) stelt Koolmees dat flexwerkers volgens het UWV vier keer zo vaak in de WW belanden als vaste werknemers. Koolmees vindt het daarom logisch om de werkloosheidspremies voor flexwerkers vijf procentpunt hoger te maken dan de premie voor vaste contracten.

LEES OOK: Minister Koolmees wil ontslag makkelijker maken – werknemers én werkgevers bekritiseren zijn arbeidsmarktplannen