De geldkraan gaat weer een flinke slag verder open, zo bleek donderdag na de maandelijkse rentevergadering van de Europese Centrale Bank (ECB). Dat betekent ook dat negatieve spaarrentes voor particulieren een stap dichterbij zijn gekomen.

Het idee achter het strooien met goedkoop geld is dat burgers en bedrijven zo méér kunnen investeren en uitgeven, zodat de economie en de inflatie een zetje krijgen. Maar er zijn ook belangrijke neveneffecten.

Bij zijn laatste optreden als president van de ECB kondigde president Mario Draghi donderdag een flinke monetaire injectie aan. Vanaf 1 november wordt de Italiaan Draghi opgevolgd door de Française Christine Lagarde.

Vanaf november gaat de ECB weer voor 20 miljard euro per maand obligaties opkopen op financiële markten met verse euro’s. Dit is een manier om rentes van schuldpapier kunstmatig laag te houden.

Daarnaast wordt het aanhouden van liquide middelen door commerciële banken extra ontmoedigd. De ECB wil dat banken geld laten rollen om de economie een duwtje te geven. Daarom betalen banken al een negatieve rente van 0,4 procent als ze geld bij de ECB stallen. Dit percentage gaat echter naar minus 0,5 procent, zo werd donderdag bekend.

Analisten rekenen erop dat de ECB de depositorente de komende maanden mogelijk nog verder verlaagt, naar minus 0,7 procent.

Banken klem door negatieve rente

Econoom Elwin de Groot rekende maandag in Het Financieele Dagblad voor dat Nederlandse banken zo’n 138 miljard euro op depositorekeningen bij de ECB hebben staan. Bij een negatieve rente van 0,4 procent betekent dit dat Nederlandse banken op jaarbasis 550 miljoen euro aan de ECB betalen voor geld dat ze bij de centrale bank stallen. Met de extra verlaging van de depositorente met 0,1 procentpunt haalt de ECB op jaarbasis nog eens 138 miljoen euro bij Nederlandse banken weg.

De verliezen die banken lijden op geld dat ze (deels gedwongen) bij de ECB parkeren, zorgen ervoor dat banken steeds meer klem komen te zitten met hun winstmarges.

Banken verdienen geld met het verschil tussen de rente die ze ontvangen op hypotheken en bedrijfsleningen, en de rente die ze betalen als ze obligatieleningen uitgeven en geld van spaarders lenen.

Wat het particuliere spaargeld betreft zijn veel spaarrentes voor vrij opneembaar geld gedaald tot dicht bij het nulpunt. Maar banken rekenen zelf niet op grote schaal negatieve spaarrentes door. Dat wordt echter lastiger op het moment dat hypotheekrentes en rentes voor bedrijfskredieten verder dalen, terwijl spaarrentes op de nullijn blijven steken.

De negatieve depositorente van 0,5 procent waar banken tegenaan hikken bij de ECB, kan het startsein zijn om voor particuliere spaarders ook negatieve spaarrentes te gaan rekenen. Tegelijk betekent dit dat de toch al lage hypotheekrentes nog wat verder kunnen dalen.

Lees ook: Als je denkt dat de hypotheekrente nog verder daalt, kun je tijdelijk een variabele rente nemen – maar pas dan wel goed op!

Negatieve rente voor spaarders: wat doen Nederlandse banken?

Eind augustus deed Business Insider een belrondje onder de grootste Nederlandse banken over het vooruitzicht van negatieve spaarrentes. Wat bleek? Banken willen liever geen negatieve rentes doorvoeren, maar als de winstmarges verder eroderen moet er iets gebeuren.

Voor vrij opneembare internetspaarrekeningen rekenen ABN Amro en ING een spaarrente van 0,02 procent, Rabobank zit op 0,03 procent en SNS Bank op 0,07 procent. Er is dus nog enige speelruimte om naar nul te gaan, maar niet veel.

Rabobank noemt het invoeren van een negatieve rente zeer onwenselijk. “Een klein gedeelte van onze klanten in het zakendomein krijgt een negatieve rente, maar dat gaat om bedragen boven de 12,5 miljoen euro. In totaal gaat het hier om 700 klanten. Het is niet ondenkbaar dat dit ooit gaat veranderen, maar dat is niet wat wij willen”, aldus een woordvoerster tegenover Business Insider.

Voor particulieren ziet de Rabobank deze ontwikkeling voorlopig niet zitten. “Het is moeilijk om daar een eenduidig antwoord op te geven. Wij kijken natuurlijk naar de ontwikkelingen in de markt voor ons prijsbeleid maar negatieve rente willen wij liever niet.”

ING-topman Ralph Hamers gaf begin augustus tegenover financiële analisten aan dat een negatieve rente op spaargeld, of andere manieren van compensatie, niet kan worden uitgesloten, als de ECB de rente voor banken nog verder verlaagt.

Topman Maurice Oostendorp van de Volksbank, bekend van merken als SNS, ASN en Regiobank, stelde medio augustus eveneens geen negatieve rente te willen voor particuliere spaarders, maar dit ook niet te kunnen uitsluiten.

Een woordvoerder van De Volksbank zei eind augustus tegen Business Insider. “We zijn bezig een groot onderzoek onder klanten op te starten over de rentevergoeding. Daarin zullen verschillende scenario’s worden voorgelegd. We gaan dus eerst het gesprek met klanten aan en nemen dan pas verdere besluiten.” Of hierbij ook de Duitse variant met een scheiding tussen kleine spaarders en grote spaarvermogens aan bod komt, kan de woordvoerder niet aangeven. “Daarvoor is het nog te vroeg.”

Lees meer over negatieve spaarrentes: