Duitsers zijn verzot op sparen, maar vrezen net als Nederlanders de opkomst van een negatieve rente voor spaargeld. Duitse particulieren met grotere spaarvermogens worden daar soms al mee geconfronteerd. Gaat Nederland ook die kant op?

Vooralsnog is het fenomeen van de negatieve rente vooral zichtbaar bij staatsobligaties van overheden en bedrijven in westerse landen. Banken deinzen ervoor terug om particuliere klanten in brede zin met negatieve spaarrentes te confronteren, mede uit angst voor maatschappelijke onrust.

Lees hier meer: Negatieve rente – zo werkt het en dit betekent het voor je hypotheek en spaargeld

Bij sommige Duitse banken, zoals de Hamburger Sparkasse, krijgen particulieren met meer dan 5 ton spaarvermogen wel een negatieve rente voor de kiezen in de vorm van een extra ‘bewaarvergoeding’, zo meldde zakenkrant The Financial Times maandag. Kleine spaarders worden nog uit de wind gehouden.

Banken onder druk om negatieve spaarrente te rekenen

De druk om voor particulier spaargeld negatieve rentes te rekenen wordt echter steeds groter, want banken zien bijvoorbeeld de rentes die ze kunnen rekenen voor het verstrekken van hypotheekleningen en bedrijfskredieten dalen.

Tegelijk is het zo dat als Europese banken zelf  geld parkeren bij de Europese Centrale Bank (ECB), ze daarvoor 0,4 procent rente moeten betalen. De ECB heeft al laten doorschemeren deze negatieve depositorente verder te willen verlagen naar 0,5 of 0,6 procent. Dit kost banken in de eurozone miljarden.

Politiek gezien ligt het fenomeen van negatieve rentes voor particulier spaargeld echter zeer gevoelig. De Duitse minister van Financiën Olaf Scholz gaf afgelopen week aan te willen bekijken of het mogelijk is om Duitse banken te verbieden negatieve rente te heffen voor particulier spaargeld tot 100.000 euro. Dat ziet de Duitse bankenvereniging echter niet zitten.

Negatieve rente? Nederlandse banken onderzoeken opties

Maar hoe zit dit in Nederland? Een belrondje onder de grootste Nederlandse banken leert dat banken worstelen met het fenomeen negatieve rente. Ze willen het niet, maar als de winstmarges verder eroderen moet er iets gebeuren.

Voor vrij opneembare internetspaarrekeningen rekenen ABN Amro en ING een spaarrente van 0,02 procent, Rabobank zit op 0,03 procent en SNS Bank op 0,07 procent. Er is dus nog enige speelruimte om naar nul te gaan, maar niet veel.

Rabobank noemt het invoeren van een negatieve rente zeer onwenselijk. "Een klein gedeelte van onze klanten in het zakendomein krijgt een negatieve rente, maar dat gaat om bedragen boven de 12,5 miljoen euro. In totaal gaat het hier om 700 klanten. Het is niet ondenkbaar dat dit ooit gaat veranderen, maar dat is niet wat wij willen", aldus een woordvoerster tegenover Business Insider.

Voor particulieren ziet de Rabobank deze ontwikkeling voorlopig niet zitten. "Het is moeilijk om daar een eenduidig antwoord op te geven. Wij kijken natuurlijk naar de ontwikkelingen in de markt voor ons prijsbeleid maar negatieve rente willen wij liever niet."

ING-topman Ralph Hamers gaf begin augustus tegenover financiële analisten aan dat een negatieve rente op spaargeld, of andere manieren van compensatie, niet kan worden uitgesloten, als de ECB de rente voor banken nog verder verlaagt.

Topman Maurice Oostendorp van de Volksbank, bekend van merken als SNS, ASN en Regiobank, stelde medio augustus eveneens  geen negatieve rente te willen voor particuliere spaarders, maar dit ook niet te kunnen uitsluiten.

Een woordvoerder van De Volksbank zegt tegen Business Insider. "We zijn bezig een groot onderzoek onder klanten op te starten over de rentevergoeding. Daarin zullen verschillende scenario's worden voorgelegd. We gaan dus eerst het gesprek met klanten aan en nemen dan pas verdere besluiten." Of hierbij ook de Duitse variant met een scheiding tussen kleine spaarders en grote spaarvermogens aan bod komt, kan de woordvoerder niet aangeven. "Daarvoor is het nog te vroeg."

Duitsers hebben meeste spaargeld, maar Nederland scoort ook hoog

Kijk je naar de verdeling van spaargelden in diverse eurolanden, dan gaat Duitsland in absolute zin aan kop. In totaal heeft de Duitse spaarder 2.353 miljard euro op de bank staan. Er is geen enkel ander Europees land dat zo veel spaart als Duitsland. Het gaat hier overigens om spaargeld van particulieren en nonprofitorganisaties.

Nederland zit wat betreft het spaarvermogen net in de top 5 van Europa.

Kijk je naar het spaargeld per hoofd van de bevolking, zoals in de grafiek hieronder weergegeven, dan ziet het beeld er iets anders uit in de grote eurolanden. België gaat hier aan kop met ruim 34.000 euro aan spaargeld per inwoner, gevolgd door Duitsland en Nederland.


Lees meer over geldzaken: