• De TONK-steunregeling wordt veel minder gebruikt dan gemeenten hadden verwacht.
  • De regeling is bedoeld voor mensen die door de coronacrisis hun vaste lasten niet meer kunnen betalen.
  • Volgens minister Koolmees is de regeling mogelijk te onbekend; belangenorganisaties wijzen op de strenge voorwaarden.

De TONK-regeling (Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten) wordt veel minder aangevraagd dan verwacht. In sommige gemeenten blijven de aanvragen voor de regeling steken op slechts 10 procent van het verwachte aantal, schrijft het AD.

Demissionair minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken betreurt dit. “Dat valt inderdaad een beetje tegen. Zonde”, zegt de minister maandag in de krant.

De TONK-regeling is in het leven geroepen voor ondernemers voor wie andere steunregelingen, zoals de Tozo, geen soelaas bieden, bijvoorbeeld omdat hun partners voldoende inkomen hebben. De TONK is bedoeld voor mensen die door de coronacrisis hun vaste lasten niet meer kunnen betalen, zoals de huur, hypotheek en gemeentelijke heffingen.

Volgens Koolmees is de regeling mogelijk te onbekend. Daarnaast zouden aanvragers zich soms schamen. “Onterecht overigens. Meld je nou. De hulp is er”, zegt hij.

TONK-steun verschilt sterk tussen gemeenten

De Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN) gaf eerder tegen de NOS aan dat de regels te streng zijn. "De voorwaarden zijn wederom pittig en ook zijn er heel veel verschillen tussen gemeenten. De ene gemeente zegt dat je je spaargeld eerst moet opeten tot 6000 euro, de andere tot 30.000 euro", aldus Cristel van de Ven van de VZN.

Ook artiestenvakbond Kunstenbond vindt de voorwaarden van de TONK streng. Onder meer door de partnertoets komen veel ondernemers niet voor de steun in aanmerking.

Gemeenten bepalen zelf hun beleid omtrent de TONK-regeling. Het bedrag dat mensen kunnen aanvragen verschilt sterk per gemeente, bleek in april uit onderzoek van datajournalistiek persbureau LocalFocus.

Twee op de drie gemeenten maken op hun website de hoogte van hun financiële tegemoetkoming bekend. Daarvan hanteren Aalsmeer en Amstelveen de hoogste maximumtarieven: 12.000 per half jaar, ofwel 2000 euro per maand.

Het Limburgse Heerlen is qua beleid het meest ruimhartig en hanteert helemaal geen maximumtarief. Heel anders is dat in gemeenten als Nissewaard, Laren of Eemnes die slechts 900 euro per zes maanden aanbieden. Op een twintigtal gemeentesites is informatie over de TONK-regeling niet makkelijk vindbaar. Dat is onder meer het geval in Schiedam, Roosendaal en Dordrecht.

Ook grote verschillen in aanvragen

Koolmees meent dat de hulp wel degelijk nodig is: "Er zijn mensen die voor geen enkele regeling in aanmerking komen, maar wel hoge woonlasten hebben. Denk aan flexkrachten zonder WW-rechten, zelfstandigen met een werkende partner of mensen met een eigen bedrijfje. Zij vielen tussen wal en schip, maar kunnen via de TONK alsnog geld krijgen om hun lasten te betalen."

De verschillen tussen gemeenten zijn wel groot. Zo is in Amsterdam al wel 30 procent van het budget uitgegeven. Ook het bedrag dat mensen krijgen, verschilt per gemeente. In Utrecht krijgen aanvragers maximaal 1500 euro, schrijft het AD. In Amsterdam ligt dat bedrag echter vier keer zo hoog.

De minister zegt rond 20 mei te beslissen hoe de steun er na 1 juli uit moet zien. "Het is belangrijk dat we echt voorkomen dat ondernemers en werkenden kopje-onder gaan, terwijl we zó lang mensen met steunpakketten hebben geholpen. Ze hebben gewerkt, kijk maar naar de werkloosheid die laag is gebleven. We moeten zorgen dat mensen goed door de crisis worden geholpen. Die verantwoordelijkheid voel ik zeker", aldus Koolmees in het AD.

Lees meer over ondernemen tijdens de coronacrisis: