Rusland heeft in januari fors minder inkomsten gekregen uit de verkoop van olie en gas, terwijl de uitgaven van de Russische overheid fors zijn toegenomen door de oorlog in Oekraïne. Het begrotingstekort van de staat is hierdoor gestegen.

De inkomsten uit olie en gas zijn in januari met 46 procent gedaald tot omgerekend 5,6 miljard euro ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder, aldus het Russische ministerie van Financiën maandag in een bericht.

Het ministerie schreef de daling grotendeels toe aan een daling van de prijzen van Oeral-olie en aan een daling van de uitvoer van aardgas. Rusland verkocht Oeral-olie afgelopen maand tegen een gemiddelde prijs van 49,48 dollar per vat, terwijl de regering een richtprijs heeft van 70 dollar per vat, aldus zakenkrant The Financial Times.

De lagere verkoopprijzen van Russische olie hebben mede te maken met sancties van westerse landen. De Europese Unie en de G7-landen hebben afgesproken dat Russische olie internationaal maximaal tegen 60 dollar per vat verkocht mag worden. Landen als India maken hiervan gebruik door Russische olie tegen relatief lage prijzen op te kopen.

De inkomsten uit olie en gas vormen een belangrijke financieringsbron voor de uitgaven van de Russische staat, die miljarden uitgeeft aan de oorlog in Oekraïne. De overheidsuitgaven stegen in januari met bijna 59 procent ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder tot omgerekend 41 miljard euro. De totale overheidsinkomsten kwamen uit op 18 miljard euro.

De combinatie van lagere inkomsten uit olie en gas en hogere uitgaven zorgde ervoor dat Rusland afgelopen maand een begrotingstekort van omgerekend 23 miljard euro had.

Rusland maakt mede gebruik van de verkoop van valutareserves om gaten in de begroting op te vangen. Afgelopen week gaf het Russische ministerie van Financiën aan in de periode tussen 7 februari tot 6 maart voor meer dan 2 miljard dollar aan vreemde valuta te verkopen.

Lees meer over Rusland: