De Amsterdamse beurs krijgt er op 27 januari weer een behoorlijk complex product bij: een eeuwigdurende niet-cumulatieve eigen vermogen-obligatie met een variabele coupon van tenminste 6,5 procent. Met stemrecht. Patrick Beijersbergen over het nieuwe gedrocht, van Rabobank.

Te ingewikkelde beleggingsproducten, ik ben er niet dol op. De korte naam voor een nieuw gedrocht in deze reeks is het Rabobank Certificaat, voorheen bekend als het Ledencertificaat.

De beursgang komt in een tijd dat de Boerenleenbank flink onder vuur ligt. Van het gedoe met de wielerploeg en de LIBOR-fraude tot de schat van Schat.

Ook rond de ledencertificaten is het nodige te doen geweest. Eerst werd de inkoopprijsgarantie ingetrokken, waardoor de leden er massaal uitwilden. Daarna was er plotsklaps het plan van de beursnotering en werd de minimale couponbetaling verhoogd van 5,2 naar 6,5 procent. Beleggers wisten niet hoe snel ze weer in moesten stappen.

Veel onhandig gedoe dus. En dat terwijl het toch geen kleine transactie is: er staat voor een kleine 6 miljard euro aan Rabo Certificaten uit. DE Master Blenders was minder waard toen het naar de beurs kwam.

Risico moeilijk in te schatten

Veel beleggers vinden het moeilijk het risico van dit Rabobank Certificaat in te schatten. Het is bepaald geen spaarproduct maar eerder een soort aandeel. De bank beaamt dit ook. Formeel is het echter geen aandeel. Maar als de Rabobank in de problemen komt (en dat kan best in Nederland, SNS en Fortis is het ook gelukt) sta je als certificaatbezitter toch echt helemaal achteraan in de rij van schuldeisers. De koers gaat dan naar nul.

Als je zulke risico’s loopt wil je bestuur en commissarissen wel zo af en toe recht in de ogen kunnen kijken en kritische vragen kunnen stellen. Maar dat kan niet met het Rabobank certificaat, want dat geeft alleen toegang tot de jaarlijkse vergadering van de Stichting Administratiekantoor van dit instrument. En daar worden bepaald niet de belangrijkste knopen doorgehakt.

Een eeuwigdurende niet-cumulatieve eigen vermogen-obligatie met een variabele coupon van tenminste 6,5 procent die ook nog stemrecht heeft op de verkeerde vergadering. Tja, maak er dan gewoon een aandeel van. Want dat is het idee.

Deze column verscheen eerder in de De Telegraaf van zaterdag 18 januari.

Patrick Beijersbergen is hoofdeconoom bij de Vereniging van Effectenbezitters (VEB ) en auteur van het boek ‘Beleggen Kun je Zelf’.

Lees ook

Rabobank ledencertificaat op de beurs: voor- en nadelen voor beleggers

Patrick Beijersbergen: nog even en Rabobank zit in AEX

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl