De kosten van stroom en gas voor particuliere huishoudens schieten in 2019 omhoog. Voor een gemiddeld gezin gaat het om een prijsstijging van liefst 19 procent, waarvan de helft voor rekening komt van hogere belastingen.
Een gemiddeld huishouden betaalt in 2019 meer voor zijn energiegebruik. De gemiddelde jaarrekening komt volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek uit op 2074 euro, 334 euro meer dan vorig jaar.
Het CBS heeft het verschil berekend op basis van een gelijkblijvend gemiddeld jaarverbruik. Dat de vorige winter vooralsnog flink strenger was dan deze, speelt in de vergelijking geen rol.
De hogere energierekening heeft onder meer te maken met hogere belastingen op energie, 61 euro meer voor elektriciteit en 101 euro voor gas. De belastingen vormen bijna de helft van de rekening: 47 procent. Vorig jaar was dat nog 45 procent.
Ook de leveringstarieven gingen omhoog, met 175 euro. Het transport van energie werd juist ietsje goedkoper, 3 euro.
Kijk je naar de langere termijn, dan toont onderstaande grafiek hoe uitzonderlijk 2019 is.
(klik voor uitvergroting
De lichtblauwe lijn toont de ontwikkeling van de gemiddelde prijsontwikkeling van het mandje van goederen en diensten dat het CBS bijhoudt. Deze consumentenprijsindex is in tien jaar tijd met 16 procent gestegen.
Verder zie je de afzonderlijke ontwikkelingen van de stroom- en gasprijzen en de totale energiekosten. Gemiddeld steeg de prijs van energie in tien jaar tijd met 14 procent in tien jaar tijd, iets minder dus dan de gemiddelde inflatie.
