Het hoofdlijnenakkoord dat de nieuwe rechtse coalitie van PVV, NSC, BBB en VVD afgelopen week presenteerde, moet op veel punten nog worden uitgewerkt. Toch worden de contouren van het beleid op veel terreinen wel duidelijk. Zo ook op de huizenmarkt.

Wat kunnen huiseigenaren en huurders zoal verwachten als er een nieuwe regering komt?

In de nieuwsbrief van deze week behandelt financieel intermediair Van Bruggen Adviesgroep de belangrijkste punten. Daarbij vallen concreet 5 dingen op:

1) Geen gemorrel aan de hypotheekrenteaftrek

De hypotheekrenteaftrek is de afgelopen jaren beperkt, zodat het fiscale voordeel van de renteaftrek voor huiseigenaren maximaal gelijkstaat aan het belastingtarief van de eerste schijf van de inkomstenbelasting van ongeveer 37 procent. Dit betekent dat hogere inkomens de rentelasten van de hypotheek niet tegen het hogere belastingtarief van 49,5 procent kunnen aftrekken, maar maximaal tegen 37 procent.

De nieuwe coalitiepartijen hebben geen plannen voor verdere wijzigingen van de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait.

2) Rem op stijging van ozb-lasten in gemeenten

De gemeentelijke woonlasten, waarbij de ozb-belasting voor huiseigenaren het belangrijkst is, mogen met slechts een gemaximeerd percentage stijgen, als het aan de nieuwe coalitie ligt.

Momenteel zijn er grote verschillen in de jaarlijkse stijging van de woonlasten per gemeente. De ozb gaat dit jaar in sommige gemeenten fors omhoog. In Baarle-Nassau (Noord-Brabant) bijvoorbeeld met 30 procent. In Ooststellingwerf (Friesland) daalt de ozb juist met 5 procent, bleek eerder dit jaar uit een inventarisatie van de Vereniging Eigen Huis.

3) Huurders krijgen mogelijk het recht op het kopen van een sociale huurwoning

Er wordt gekeken of huurders van een sociale huurwoning het recht krijgen om die
woning te kopen. Volgens Van Bruggen klinkt dit vriendelijk, maar de financieel intermediair vraagt zich af wat dit betekent voor de verhuurder van sociale woningen.

4) Er komt geen verplichting om een huis bij aankoop te verduurzamen, zodat de woning een hoger energielabel krijgt

Een verplichte zogenoemde labelsprong houdt in dat een huizenkoper verplicht wordt om bij de aankoop van een woning met bijvoorbeeld een energielabel E, die minimaal te verduurzamen naar energielabel C binnen een periode van bijvoorbeeld twee jaar.

Van Bruggen vindt het goed dat er geen plicht tot verduurzaming komt. Wel merkt de financieel intermediair op dat sommige geldverstrekkers sowieso al moeilijk doen als woningen een te laag energielabel hebben. "De eerste geldverstrekkers financieren al geen woningen meer met een D of lager
energielabel als je niet beloofd om een labelsprong te maken. De kans is redelijk groot dat de komende jaren meer geldverstrekkers zullen volgen."

5) Geen verplichting vanaf 2026 om bij vervanging cv-ketel een hybride warmtepomp aan te schaffen

De verplichting om vanaf 2026 bij het vervangen van de verwarmingsketel minimaal een hybride warmtepomp erbij te nemen, vervalt. Volgens Van Bruggen is dit terecht. "Het moet wel rendabel zijn voor een huizenbezitter en 2026 is al heel erg snel. Er zijn in de toekomst misschien wel meer alternatieven beschikbaar die beter aansluiten bij de huizenbezitter."

LEES OOK: Economen ING: aanzienlijk deel van voorgestelde bezuinigingen in onderhandelingsakkoord is onrealistisch