Het is sinds twee jaar niet meer mogelijk om een ontslagvergoeding fiscaal gunstig weg te zetten in een stamrecht bv of op een bankspaarrekening. Maar dat wil niet zeggen dat er met een gouden handdruk geen enkel belastingvoordeel meer valt te behalen.

In de eerste vijf maanden van dit jaar verstrekte het UWV 219.000 nieuwe ww-uitkeringen. Dat lijkt veel, maar het is wel 12 procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar.

Een groot deel van de nieuwe werkzoekenden heeft bij het ontslag een vergoeding meegekregen. Tot enkele jaren geleden was het mogelijk om zo’n ‘gouden handdruk’ fiscaal vriendelijk onder te brengen in een stamrecht bv, stamrecht bankspaarrekening of een gouden handdruk polis. Maar die stamrechtvrijstelling is in 2014 afgeschaft.

Raak je anno 2016 je baan kwijt, dan krijg je de ontslagvergoeding in één keer uitbetaald en zul je ook direct het volle pond aan belasting moeten betalen. Dit bedrag is niet mals: het kan oplopen tot 52 procent.

Optie 1: Sparen of beleggen

Omdat onzeker is of je snel weer nieuw werk hebt gevonden, is het verstandig je ontslagvergoeding niet zomaar op te maken aan bijvoorbeeld een verre reis of een nieuwe auto.

Je kunt ervoor kiezen om het geld op een spaarrekening te parkeren. Maar dat is bij de huidige lage spaarrente niet aantrekkelijk. Na aftrek van de inflatie blijft er weinig over.
Komt je vermogen boven het heffingvrij vermogen uitkomt (24.437 euro of het dubbele als je een fiscaal partner hebt) uit, dan teer je zelfs in op je spaarpotje. Je ontvangt momenteel gemiddeld 0,64 procent, maar betaalt hierover 1,2 procent vermogensbelasting.

Vanaf januari gelden in box 3 nieuwe belastingtarieven, die voor hogere vermogens duurder uitpakken. Over de eerste 75.000 euro boven het heffingsvrije vermogen gaat het tarief omlaag naar 0,87 procent. Maar over het meerdere tot een miljoen euro ga je meer betalen: 1,41 procent.

Wil je de waarde van je ontslagvergoeding behouden of laten aangroeien, dan kun je ervoor kiezen om het geld onder te brengen in een spaargeld-bv. Een andere optie is beleggen. Maar je loopt dan wel fors extra risico.

Maar er zijn nog meer alternatieven, waarbij bovendien fiscaal voordeel valt te behalen.

Optie 2: Hypotheek aflossen

"De belangrijkste vraag als je je baan kwijt raakt is: kan ik blijven voorzien in mijn inkomen?", zegt Daniël Rademaker, algemeen medewerker bij Onafhankelijk Financieel Adviseurs, een organisatie die financieel advies geeft bij ontslag. Je vaste lasten omlaag brengen is volgens hem de beste manier om te zorgen dat je het hoofd boven water houdt.

Heb je een eigen woning, dan kun je dit onder andere doen door (een deel van) je hypotheek af te lossen. Hierdoor dalen de rentelasten. Je mag dan ook minder hypotheekrente aftrekken, maar netto houd je meer over dan wanneer je het geld op een spaarrekening zou zetten. Check vooraf goed hoeveel je boetevrij mag aflossen. Meestal is dat 10 procent van de lening.

Nadeel is wel dat de overwaarde op je huis stijgt. Koop je daarna een nieuwe woning, dan mag je minder hypotheekrente aftrekken, vanwege de bijleenregeling.

Heb je een spaarhypotheek, dan heeft extra lossen niet zoveel zin. Je riskeert een naheffing als de eindopbrengst hoger wordt dan de woningschuld. Aflossen op het aflossingsvrije deel kan wèl.

Optie 3: Hypotheekrente herzien

Ligt jouw hypotheekrente hoger dan de huidige lage tarieven, dan kun je overwegen om de hypotheekrente te herzien. Hiervoor brengt de hypotheekverstrekker niet alleen administratiekosten in rekening, maar ook een boeterente, omdat de bank gecompenseerd wil worden voor het verlies van rente-inkomsten. De boete is wel aftrekbaar in box 1.

Of dit gunstig is, hangt grotendeels af van de duur van de rentevaste periode. "Als dit nog zeven jaar is, heeft het weinig zin, omdat de boete dan erg hoog is. Maar nader je het einde van de rentevaste periode, dan valt het te overwegen", aldus Rademaker.

Volgens hem is ook van belang hoe lang je in je huis blijft wonen. "Als dit nog vijftien jaar is, verdien je de boete wel terug. Maar verhuis je op korte termijn, dan is het onvoordelig."

Het risico dat je de boeterente niet terugverdient, kun je vermijden door te kiezen voor rentemiddeling. Hierbij wordt de boeterente uitgesmeerd over de nieuwe rentevastperiode. Of dit verstandig is, kun je eigenlijk pas achteraf vaststellen, want je weet nu nog niet of de rente de komende jaren weer gaat oplopen.

... of bijstorten spaarhypotheek

Zoals gezegd heeft aflossen op een spaarhypotheek niet zoveel zin. De hypotheek oversluiten zet ook weinig zoden aan de dijk, omdat dan ook de rente over je spaartegoed daalt. "Een betere optie is een extra storting te doen in de spaarpolis. Hierdoor daalt de premie en dus ook de maandlast", zegt Rademaker. "Daarnaast krijg je een hogere rente over het spaardeel."

Optie 4: Inkomstenmiddeling

Ontvang je een ontslagvergoeding, dan stijgt dat jaar je inkomen explosief. Dit wordt dan belast tegen het hoogste tarief. Om dit te voorkomen, kun je de Belastingdienst vragen om je inkomen te middelen. Je inkomen van drie aaneengesloten jaren wordt dan bij elkaar opgeteld en door drie gedeeld. Op basis van dit nieuwe, gemiddelde jaarinkomen, wordt een nieuw tarief berekend. Het teveel betaalde bedrag krijg je vervolgens terug, na aftrek van een drempel van 545 euro.

Deze methode kan veel geld uitsparen. Stel je hebt nu een inkomen van 50.000 euro en wordt per 1 januari ontslagen en krijgt een gouden handdruk mee van 30.000 euro. Na je ontslag ontvang je een ww-uitkering van 35.000 euro.

Doe je niet aan middeling, dan moet je ruim 55.000 euro belasting betalen. Na middeling is dit 1.000 euro lager. Na aftrek van de drempel houd je ruim 500 euro over.

Je moet wel aan een aantal voorwaarden voldoen, om voor deze regeling in aanmerking te komen.  Wil je middelen, dan adviseert Rademaker hier nog even mee te wachten tot na 1 januari, omdat de grens voor het tarief van 52 procent dit jaar met bijna 9.000 euro is verhoogd. "Dat betekent extra fiscale ruimte die je kunt benutten tegen een lager tarief."

Optie 5: Jaar- en reserveringsruimte benutten

Wie te weinig pensioen heeft opgebouwd, heeft een pensioentekort. Om dit aan te vullen, mag je fiscaal vriendelijk op een lijfrente spaarrekening of -verzekering geld storten.

De hoogte van dit bedrag is de zogeheten fiscale jaarruimte. Als je deze jaarruimte de afgelopen zeven jaar niet (volledig) hebt benut, mag je een nog hoger bedrag aftrekken, de zogeheten reserveringsruimte. Door de ontslagvergoeding wordt je inkomen hoger en daarmee ook de jaarruimte, waardoor je een hoger bedrag mag aftrekken van de belasting.

In deze constructie breng je de jaar- of reserveringsruimte als lijfrentepremie onder in een bankspaarrekening. De premie is onder voorwaarden aftrekbaar van je inkomen. Als je met pensioen gaat, moet je alsnog afrekenen, maar dit gebeurt waarschijnlijk tegen een lager tarief. Volgens Rademaker kan dit duizenden euro's fiscaal voordeel opleveren.

Een financieel adviseur kan je jaar- en reserveringsruimte berekenen en vertellen of dit voor jou aantrekkelijk is. Bedenk wel dat dit alleen een optie is als je het geld nu niet nodig hebt om je inkomen aan te vullen.

Wat voor jou de beste bestemming van je ontslagvergoeding is, hangt af van jouw persoonlijke situatie, zegt Rademaker. "Als je veertig bent, dan is de kans dat je een nieuwe baan vindt relatief groot, maar kamp je vaak met hoge woonlasten. Dan komt aflossen of oversluiten van de hypotheek in beeld. Ben je zestig, dan is de kans om weer aan de slag te gaan een stuk kleiner en spelen andere vraagstukken: hoe groot is de pensioenschade? Hoe lang moet je nog overbruggen tot je pensioen? Kun je aanspraak maken op een IOW of IAOW-uitkering, die de periode tot je AOW-leeftijd overbrugt?"

Een financieel adviseur kan de verschillende opties voor jou in kaart brengen.