De pensioenleeftijd ligt binnenkort op 67 jaar. Wil je daar niet op wachten, dan kun je eerder met pensioen gaan. Nadeel: het kost geld, veel geld.

In de jaren van je vervroegd pensioen heb je geen inkomen uit werk, geen AOW-uitkering en geen pensioen. Daarnaast valt ook je toekomstige pensioeninkomen lager uit.  Business Insider bespreekt hoeveel je daarop moet inleveren.

Halverwege de jaren 1950 werd de pensioenleeftijd vastgesteld op 65 jaar. Dat bleef decennialang zo, totdat in 2013 de pensioenleeftijd werd gekoppeld aan de levensverwachting.

Officieel gaat het om de AOW-gerechtigde leeftijd: dat is de leeftijd waarop je aanspraak kan maken op een uitkering van de staat die gebaseerd is op het aantal jaren dat je in Nederland hebt gewoond. Of je hebt gewerkt doet in principe niet ter zake. Nederlanders die buiten Nederland wonen kunnen een AOW-gat alleen voorkomen, als ze sociale premies blijven betalen voor de opbouw van de AOW-uitkering.

Wie werkt kan naast de AOW ook een pensioen opbouwen via de werkgever of via een lijfrenteverzekering. De pensioenuitkering kan tegelijk met de AOW-uitkering ingaan, maar ook eerder of later.Nu is de AOW-leeftijd nog 66 jaar en 10 maanden.

In 2024 gaat de AOW-leeftijd omhoog naar 67 jaar en dat blijft zo tot en met 2027. In 2028 wordt de AOW-leeftijd waarschijnlijk vastgesteld op 67 jaar en 3 maanden.

In principe stijgt de AOW-leeftijd per jaar dat de gemiddelde levensverwachting stijgt met 8 maanden in de komende decennia. Met deze calculator van de Sociale Verzekeringsbank kun je een idee krijgen bij welke leeftijd je waarschijnlijk recht hebt op de AOW-uitkering.

Nederlanders willen met 61 of 65 jaar met pensioen

Een groot deel van de Nederlanders vindt pensionering met 67 jaar wat aan de late kant. Zo zeiden werkenden van 25 tot 65 jaar in 2020 dat 61,5 jaar voor hen de gewenste leeftijd is om te stoppen werken, bleek uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau. En ook 55-plussers zien langer doorwerken niet zitten, bleek uit onderzoek van EenVandaag. Het gros heeft heimwee naar de oude pensioenleeftijd van 65 jaar en wil dan stoppen met werken.

In beide onderzoeken lijken de respondenten zich ervan bewust dat een vervroegd pensioen veel geld kan kosten. In het onderzoek van EenVandaag verwacht twee derde van de 55-plussers tot de AOW-leeftijd door te moeten ploeteren, omdat eerder stoppen financieel niet haalbaar is. In het SCP-onderzoek steeg het aandeel 45-plussers dat inkomen een belangrijke overweging noemt bij de beslissing om eerder te stoppen met werken.

Wie eerder met pensioen wil dan de AOW-leeftijd, moet diep in de buidel tasten. Je ontvangt immers geen inkomen uit werk als je eerder stopt, terwijl je ook nog geen AOW-uitkering en een eventuele pensioenuitkering krijgt.

Daarnaast valt ook je toekomstige pensioenuitkering lager uit. Immers, eerder stoppen met werken betekent ook eerder stoppen met inleggen voor je pensioenopbouw.  

Pensioenuitkering valt lager uit als je eerder stopt met werken

Eerder beschreef Business Insider hoe je de jaren van vervroegd pensioen zonder inkomen kan bekostigen, door bijvoorbeeld de overwaarde van je huis te benutten of door tijdig te beginnen met sparen en beleggen. Hierbij hielden we er geen rekening mee dat ook je toekomstige pensioenuitkering lager uitvalt. In dit artikel bespreken we hoeveel je aan pensioenuitkering inlevert, als je een aantal jaar eerder stopt met werken.

Hiervoor hebben we de hulp ingeroepen van pensioenadvocaat Theo Gommer van Gommer & Partners. Hij geeft aan dat er een vrij makkelijke vuistregel is: "Elk jaar eerder stoppen met werken kost je ongeveer 7 à 8 procent van het pensioen dat je zou opbouwen ofwel krijgen vanaf je 67ste."

De reden: je hebt minder pensioenpremie ingelegd voor het opbouwen van vermogen en minder rendement gemaakt. Mogelijk moet het pensioen ook langer uitgekeerd worden, als je daarvoor kiest.

"Daarnaast”, zegt Gommer, “krijg je natuurlijk pas vanaf 67 jaar AOW, dus als je op je 64ste stopt, moet je ook de AOW overbruggen."

In het volgende voorbeeld legt Gommer uit hoeveel lager de pensioenuitkering kan uitvallen als je bruto 50.000 euro per jaar verdient en met 64 jaar wilt stoppen met werken. Hierbij gaan we ervan uit dat je de kosten van het vervroegd pensioen betaalt uit je pensioenpot en je de pensioenuitkering naar voren haalt, dus vanaf 64 jaar laat ingaan.

Zoveel lager valt je pensioenuitkering uit als je €50.000 verdient

Eerst wordt berekend wat je aan pensioen zou krijgen zonder vervroegd pensioen:

  • Bruto inkomen werknemer: 50.000 euro per jaar
  • Beoogd pensioen: 70% van 50.000 euro = 35.000 euro per jaar
  • Dit is inclusief 15.000 euro per jaar aan AOW, dus 20.000 euro per jaar is pensioen van de werkgever of lijfrente.

Als je het met 64 jaar voor gezien wilt houden, dus drie jaar eerder dan de AOW-leeftjd van 67, dan krijg je nog ongeveer 16.000 euro per jaar levenslang pensioen of lijfrente, in plaats van 20.000 euro.

Waarschijnlijk is 16.000 euro per jaar niet genoeg om van te leven. We gaan er daarom vanuit dat je ook de AOW van 15.000 euro drie jaar lang, vanaf 64 tot 67 jaar, wilt overbruggen met het vervroegde pensioen.

Je haalt dit uit je pensioenpot en dat kost je ongeveer 45.000 euro aan opgebouwd pensioenkapitaal. Daarmee slinkt je resterende, levenslange pensioen van ongeveer 16.000 euro naar ongeveer 14.000 euro bruto per jaar. Dus 6.000 euro minder dan de oorspronkelijke 20.000 euro.

De AOW-overbrugging van in totaal 45.000 euro, die uit de pensioenpot is gehaald, en de 14.000 euro pensioen die overblijft, levert dus vanaf je 64ste per saldo 29.000 euro bruto per jaar op. Ofwel 2.417 euro per maand.

Daarmee krijg je dus nog ongeveer 80 procent van je oorspronkelijke totale pensioen van 35.000 euro (AOW plus werkgeverspensioen), dat vanaf je 67ste zou ingaan.

Ofwel, je krijgt nog iets minder dan 60 procent van je bruto inkomen van 50.000 euro, toen je nog werkte, in plaats van de gebruikelijke 70 procent.

Lees ook: Vóór je 67ste met pensioen? Dit moet je per maand sparen en beleggen om 1 tot 3 jaar eerder te kunnen stoppen met werken