Schulden zijn niet prettig, maar ze vormen wel een aftrekpost op je vermogen in box 3 sparen en beleggen.

Dit betekent dat je met bepaalde schulden minder belasting betaalt over je vermogen. Ook in de belastingaangifte van 2017 mag je schulden in mindering brengen op je vermogen.

Ons belastingstelsel is ingedeeld in drie boxen:

  • Box 1: Belastbaar inkomen uit werk en woning
  • Box 2: Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang
  • Box 3: Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen

Vermogen

De Belastingdienst wil graag de waarde van je vermogen weten in Nederland en het buitenland op 1 januari 2017. Dit vermeld je in box 3 van de belastingaangifte. Onder vermogen vallen onder meer spaargeld, beleggingen, een tweede huis en een huis dat je verhuurt in afwachting van een koper. Woon je in een appartement en ben je lid van een Vereniging van Eigenaren (VvE), dan moet je ook jouw aandeel van het vermogen van de VvE opgeven.

Ook uitgeleend geld moet worden opgegeven in box 3, denk bijvoorbeeld aan een schenking op papier. Hierbij heb je een schenking ontvangen op papier, maar de schenker heeft het geld niet overgemaakt. Daarom ontstaat voor de schenker een schuld aan jou, en voor jou een vordering op de schenker.

Zelfs contant geld en cadeaubonnen vallen onder vermogen, al geldt in 2017 wel een vrijstelling tot een bedrag van 522 euro (het dubbele met een fiscaal partner). In 2017 in de ban geraakt van de cryptomanie? Vergeet dan niet je bitcoins of andere cryptomunten op te geven als vermogen in box 3.

Schulden

Van je vermogen in box 3 mag je eventuele schulden aftrekken. Dit kunnen verschillende soorten schulden zijn, zoals een lening voor een auto, roodstand bij de bank, toeslagen die je moet terugbetalen, erfbelasting die je nog verschuldigd bent, een schuld door een schenking op papier of een studieschuld.

Ook een schuld voor de financiering van een vakantiehuisje mag je in mindering brengen op je vermogen. Dit geldt eveneens voor een hypotheekschuld die je niet in box 1 mag aftrekken, omdat het geen eigenwoningschuld is. Hiervan is bijvoorbeeld sprake als je een huis hebt gekocht dat nog in aanbouw is en waar je niet binnen drie jaar in zal trekken.

Voor schulden geldt wel een drempel van 3.000 euro of het dubbele als je een fiscaal partner hebt. Heb je weinig schulden, dan vis je dus helaas achter het net. Is bijvoorbeeld een roodstand van 100 euro je enige schuld, dan mag je dat dus niet in mindering brengen op je vermogen.

...maar niet elke schuld mag je aftrekken

Niet alle schulden mag je in mindering brengen op je vermogen. Zo mag je, in tegenstelling tot voorgaande jaren, betaalde kinderalimentatie niet meer opgeven als schuld in box 3. Ook belastingschulden vallen er over het algemeen buiten, met uitzondering van erfbelasting die je nog verschuldigd bent.

Een belastingschuld van een voorlopige aanslag is onder voorwaarden wel aftrekbaar. Een hypotheekschuld voor het huis waar je woont geef je niet op in box 3, maar in box 1.

Ook ondernemingsschulden en lopende termijnen van schulden met een looptijd korter dan één jaar mag je niet in mindering brengen op je box 3-vermogen. Hetzelfde geldt, zoals hierboven is besproken, voor schulden aan je kind die niet opeisbaar zijn omdat je na het overlijden van je partner alleen bent overgebleven.

Je betaalt alleen belasting boven een drempel

Voor de vermogensbelasting geldt een heffingvrij vermogen: een bedrag waarover je geen belasting hoeft te betalen. Dit bedraagt 25.000 euro (of het dubbele voor fiscaal partners). Kwam het verschil tussen bezittingen en schulden op 1 januari 2017 boven deze drempel uit, dan moet je over het restant vermogensbelasting betalen.

Je mag zelf weten hoe je de waarde van het gezamenlijke vermogen van jou en je fiscaal partner op je aangifte verdeelt, zolang alles maar is opgegeven.

LEES OOK: Een overzicht van alle slimme aftrekposten (en wanneer je het beste aangifte kunt doen)