• De lage rente brengt Nederlandse pensioenfondsen flink in de problemen.
  • Op de langere termijn neemt de kans toe dat jongere deelnemers niet eenzelfde pensioen kunnen krijgen als huidige gepensioneerden.
  • Korten op de pensioenuitkeringen is eigenlijk nodig, maar politiek niet haalbaar, zegt het economisch bureau van ABN Amro.
  • De kans is groot dat ingrepen worden uitgesteld, waardoor later harder moet worden gekort.

Nederlandse pensioenfondsen staan er slecht voor, afgaande op de huidige regels die ze moeten hanteren om de waarde van hun bezittingen en de uitkeringsverplichtingen te bepalen. De kans op korting van pensioenen én hogere premies is groot als de regels precies gevolgd worden. Maar waarschijnlijk wordt de pijn verder vooruitgeschoven onder politieke druk.

Dat stelt econoom Piet Rietman van ABN Amro in een analyse over de pensioensector.

De vooruitzichten voor de Nederlandse pensioenfondsen zien er heel slecht uit. Het economisch bureau van ABN Amro verwacht daarom dat het kabinet dit jaar opnieuw met tijdelijke maatregelen zal komen om massale pensioenkortingen te voorkomen.

“Anders zullen veel fondsen enkele maanden voor de Tweede Kamerverkiezingen van volgend jaar flinke kortingen moeten doorvoeren. Ik kan me niet voorstellen dat de politiek dat laat gebeuren”, zegt ABN Amro-econoom Rietman. Afgelopen jaar greep minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken ook al in. Hierdoor hoefden bijvoorbeeld metaalfondsen PME en PMT recent niet te snijden in de pensioenuitkeringen.

Lage rente zet pensioenfondsen onder druk

Rietman verwacht dat de rente dit jaar verder zal dalen. Dat zet de financiële positie van pensioenfondsen verder onder druk. Het gaat hierbij om pensioenfondsen van werkgevers die een toezegging doen over de hoogte van toekomstige uitkeringen.

Zo streven veel fondsen naar een uitkering die bijvoorbeeld 70 procent van het gemiddelde loon bedraagt. Daarbij wordt dan rekening gehouden met de AOW-uitkering van de staat. Het pensioenfonds vult de AOW aan tot 70 procent van het gemiddelde loon.

Het wordt echter steeds moeilijker om voor alle deelnemers aan die belofte te voldoen. De lage rente zorgt ervoor dat pensioenfondsen minder rendement maken op vastrentende beleggingen. Daardoor stijgt de kans dat jongere werknemers later niet dezelfde uitkering krijgen als de huidige gepensioneerden.

Wat ook meespeelt is dat er volgend jaar een strengere rekenmethode aankomt. Zoals het er nu naar uitziet, komen de zogeheten dekkingsgraden van de fondsen daardoor straks fors lager uit. Met als gevolg dat er massale kortingen dreigen.

De dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen de waarde van de bezittingen van pensioenfondsen en de som van alle toekomstige uitkeringen. Bij een dekkingsgraad van 100 procent zijn deze twee precies in evenwicht.

Een dekkingsgraad van bijvoorbeeld minder dan 100 procent betekent dat er tegenover elke euro aan uitkeringsverplichtingen minder dan een euro aan bezittingen staat. Voor de korte termijn is dat niet rampzalig, maar voor de lange termijn betekent dit dat de pensioenen van jongere deelnemers in het geding komen, als er niet wordt ingegrepen.

Korting pensioen nodig, maar politiek niet haalbaar

In economische zin zou het logischer zijn om eventuele kortingen wel door te laten gaan, zegt econoom Rietman van ABN Amro. Door kortingen uit te stellen wordt de kans dat er later flink ingegrepen moet worden, alleen maar groter. Maar de pensioendiscussie lijkt zich volgens Rietman meer volgens "politieke logica" te voltrekken dan op basis van economische argumenten.

Op de achtergrond spelen ook nog juridische bezwaren. De econoom wijst op een recente uitspraak van het gerechtshof in Den Haag die de uitwerking van het vorig jaar gesloten pensioenakkoord kan bemoeilijken. In de zaak ging het hof mee in de redenering van een pensioendeelnemer dat een wijziging van opgebouwde pensioenaanspraken bij een verandering in de pensioenovereenkomst wettelijk verboden is.

Lees meer over pensioenen: