Zelfs als de uitstoot van broeikasgassen drastisch vermindert in de komende jaren, is het “waarschijnlijker” dat de opwarming van de aarde in de nabije toekomst boven de 1,5 graad uitkomt dan dat dit niet gebeurt.

Tot die conclusie komt het internationale panel van klimaatwetenschappers IPCC in een maandag verschenen rapport. Tegelijkertijd zien de wetenschappers tal van “uitvoerbare en effectieve” opties om de uitstoot te verlagen. Die worden ook steeds betaalbaarder. “Als we nu handelen, kunnen we nog steeds een leefbare en duurzame toekomst voor iedereen veiligstellen”, stelt IPCC-voorzitter Hoesung Lee.

De 1,5 graad opwarming wordt in de meeste scenario’s al tussen 2030 en 2035 bereikt. Ook als dat gebeurt is ieder beetje temperatuurstijging dat kan worden vermeden van belang, benadrukt het IPCC. Als alle technieken die beschikbaar zijn volop worden ingezet en direct wordt ingegrepen, kan de overschrijding beperkt blijven, klinkt het.

“Het huidige beleid is onvoldoende, maar we zien zeker effecten van klimaatbeleid”, zegt de Nederlandse onderzoeker Detlef van Vuuren, die meeschreef aan het rapport. “Er zijn ook hoopvolle ontwikkelingen”, vervolgt hij. “In 2014 schreven we dat hernieuwbare energie aantrekkelijk is, maar wel een beetje duurder dan fossiel. Nu kunnen we schrijven dat het op veel plekken goedkoper is.”

Het maandag verschenen rapport vat een reeks samen waarin wetenschappers uitgebreid beschrijven hoe klimaatverandering zich voltrekt en wat de gevolgen zijn.

De mensheid koerst volgens de meest realistische scenario's nog steeds af op een opwarming van zo'n 3 graden aan het eind van deze eeuw, ten opzichte van voor de industrialisatie. Zeker voor armere landen heeft dat enorme gevolgen, die nu al voor een deel voelbaar zijn. Het IPCC voegt daaraan toe dat het geld dat beschikbaar is voor verduurzaming "achterblijft bij het niveau dat nodig is om de klimaatdoelen in alle sectoren en regio's te halen".

Het panel ziet veel redenen om snel werk te maken van uitstootverlaging. Als ons energiesysteem snel afstapt van fossiele brandstoffen, zal ook de luchtkwaliteit verbeteren en dat is goed voor de gezondheid van mensen. Alleen al de economische voordelen daarvan zouden volgens het IPCC "grofweg gelijk, of mogelijk groter" zijn dan de kosten.

In het Klimaatakkoord van Parijs spraken wereldleiders eind 2015 af om klimaatverandering samen binnen de perken te houden. Later werd op de klimaattoppen in Glasgow (2021) en Sharm-el-Sheikh (2022) erkend dat de gevolgen van 2 graden opwarming veel groter zijn dan die van 1,5 graad. Sommige wetenschappers zien de veelbesproken "1,5" al langer niet meer als realistisch.

Reductie van uitstoot broeikasgassen

Veel opties om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen zijn nu al beschikbaar, stellen klimaatwetenschappers van het internationale panel van de Verenigde Naties IPCC. De keuzes die regeringen de komende jaren maken, zijn bepalend voor "onze toekomst en die van toekomstige generaties", aldus de wetenschappers in het maandag verschenen rapport.

Zo moet het energiesysteem klimaatneutraal worden, bijvoorbeeld door over te gaan op zonne- en windenergie, aardwarmte of waterkracht. Verder is herstel van ecosystemen en bossen noodzakelijk, zien de klimaatwetenschappers. En ook de uitstoot van het broeikasgas methaan - afkomstig uit afval, de landbouw en fossiele brandstoffen - moet worden gereduceerd. Methaan houdt korte tijd immers heel veel warmte vast in de atmosfeer.

Als mensen minder zuivel en vlees eten kan dat de uitstoot van broeikasgassen op de korte termijn al beperken. Ook wijzen de wetenschappers naar de kansen die de afvang en opvang van koolstofdioxide (CO2) kan bieden. Maar dit is duur en bovendien gaat de technologische ontwikkeling van de CO2-afvang nog niet snel genoeg om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 tot 2 graden Celsius, aldus het IPCC.

"Bijna de helft van de wereldbevolking leeft in regio's die zeer kwetsbaar zijn voor klimaatverandering", zegt directeur Aditi Mukherji van het internationale waterinstituut IWMI. Ze is een van de auteurs van het laatste IPCC-rapport. "In de afgelopen tien jaar stierven vijftien keer meer mensen aan overstromingen, droogtes en stormen in de zeer kwetsbare gebieden." Daarom moeten landen zorgen voor weerbare energiesystemen, infrastructuur en kusten. Met waarschuwingssystemen en opvangcentra voor kwetsbare mensen kunnen zij op tijd vluchten voor klimaatrampen.

De klimaatwetenschappers moedigen wereldleiders aan om niet alleen te focussen op middelen die op de korte termijn helpen de gevolgen van klimaatverandering te beperken. Deze kunnen later soms juist problemen veroorzaken. Als voorbeeld noemen ze zeedijken. Deze beschermen mensen op land, maar kunnen ook het ecosysteem en de biodiversiteit verslechteren. De plannen moeten dus de toekomst meenemen, aldus de wetenschappers.

Voor het behalen van alle klimaatdoelstellingen is wel geld nodig, signaleren de onderzoekers. Zeker overheden hebben een belangrijke rol in het opgang helpen van de financiering. Bovendien gaat er momenteel nog te weinig geld naar landen om zich met klimaatadaptatie voor te bereiden op de gevolgen van een warmere aarde.

LEES OOK: Zo groot is de kloof tussen de mondiale ambitie om in 2050 CO2-neutraal te zijn en de concrete plannen die er liggen