Met de lage spaarrentes valt er weinig te halen op een spaarrekening. Wellicht is extra aflossen op de hypotheek aantrekkelijker, om zo de maandlasten omlaag te brengen. Hoeveel je hiermee bespaart op de maandlasten hangt onder meer af van de hypotheekvorm.

Bij de meeste geldverstrekkers mag je jaarlijks tot zo’n 10 tot 20 procent van de oorspronkelijke hypotheeksom boetevrij aflossen. Wellicht kun je daar gebruik van maken door een deel van je spaargeld in te zetten. Uiteraard is het altijd belangrijk dat je ook een spaarbuffer achter de hand hebt voor onverwachte financiële tegenvallers, want als je geld ‘in stenen’ stopt, kun je het er niet zomaar weer uithalen.

In dit artikel kijken we naar het extra aflossen bij verschillende hypotheekvormen: de annuïteitenhypotheek, de aflossingsvrije hypotheek en de (bank)spaarhypotheek. Want het effect van aflossen verschilt per hypotheekvorm. 

We hebben financieel intermediair Van Bruggen Adviesgroep gevraagd om dit met een voorbeeld inzichtelijk te maken. Overigens wordt vaak gezegd dat aflossen op een (bank)spaarhypotheek niet interessant is, maar dat is volgens Oscar Noorlag van Van Bruggenadviesgroep een misverstand. “De hypotheek wordt kleiner dus het levert wel voordeel op, maar er bij een (bank)spaarhypotheek is er een interessanter alternatief: storten op de bankspaarrekening.”

We nemen hieronder het extra aflossen door per hypotheekvorm. Van Bruggen is hierbij uitgegaan van een koppel dat in 2012 een hypotheek heeft afgesloten van 250.000 euro tegen 5 procent rente en een rentevaste periode van 20 jaar.

De twee hebben hun hypotheek nu tien jaar en besluiten een extra aflossing te doen van 10.000 euro. Hieronder zie je welk effect dat heeft op de maandlasten van de annuïteitenhypotheek, de aflossingsvrije hypotheek en de (bank)spaarhypotheek). In de berekening is het eigenwonginforfait in box 1 van de inkomstenbelasting buiten beschouwing gelaten.

Extra aflossen op de annuïteitenhypotheek

We beginnen met de meest gekozen hypotheekvorm: de annuïteitenhypotheek. Deze hypotheek los je binnen 30 jaar af en je begint meteen met aflossen. De bruto maandlast (dus zonder de hypotheekrenteaftrek) is elke maand hetzelfde en bestaat uit rente en aflossing.

In het begin betaal je meer rente dan aflossing, later is dat andersom. De netto maandlast van een annuïteitenhypotheek gaat in de loop van de tijd omhoog. Immers, door het slinkende rentedeel in de maandlast valt het voordeel van de fiscale hypotheekrenteaftrek lager uit.

Het koppel besluit dus na tien jaar een extra aflossing te doen van 10.000 euro op hun hypotheek van oorspronkelijk 250.000 euro.

In de linker kolom van de tabel hieronder zie je wat na 10 jaar hun resterende schuld is en hoeveel rente en aflossing ze maandelijks betalen. De rechter kolom toont dezelfde elementen maar dan na de extra aflossing van 10.000 euro.

Door extra af te lossen brengt het koppel zowel het aflossingsdeel als het rentedeel in de maandlast omlaag. De bruto maandlast gaat met 66 euro omlaag, de netto maandlast met 51 euro.

Extra aflossen op de aflossingsvrije hypotheek

Door naar de aflossingsvrije hypotheek, waarbij je in tegenstelling tot de annuïteitenhypotheek niet aflost. Althans, niet gedurende de looptijd. Na dertig jaar moet wel worden afgelost met de opbrengst uit de verkoop van de woning, het afsluiten van een nieuwe hypotheek of met spaargeld.

Sinds 2013 geldt voor nieuwe aflossingsvrije hypotheken geen hypotheekrenteaftrek meer. Je kunt deze vorm nog wel afsluiten, maar meestal mag maximaal 50 procent van de marktwaarde van de woning aflossingsvrij worden geleend.

Met een aflossingsvrije hypotheek betaal je gedurende de looptijd alleen rente en dat levert relatief lage maandlasten op, maar het nadeel is dat je aan het einde van de rit vaak duurder uit bent omdat de rente niet zakt door aflossingen. Dat effect kun je dempen met een extra aflossing, wat ons koppel dus ook gaat doen.

De onderstaande tabel toont wederom de huidige situatie waarbij het kenmerk van de aflossingsvrije hypotheek opvalt: de oorspronkelijke schuld is na tien jaar niet geslonken, aangezien de maandlast alleen uit rente bestaat. Dit gebeurt er met de bruto en netto maandlast als het koppel 10.000 euro aflost.

Te zien is dat het stel hun oorspronkelijke schuld met 10.000 euro omlaag brengt. De bruto maandlast slinkt met 42 euro. De netto maandlast waarbij rekening wordt gehouden met de hypotheekrenteaftrek daalt met nog geen drie tientjes.

Aflossen of inleggen bij een (bank)spaarhypotheek?

Tot slot behandelen we de spaarhypotheek en de bankspaarhypotheek, waarbij je een deel belastingvrij spaart tegen dezelfde rente als de hypotheeklening. Bij een spaarhypotheek sluit je een spaarverzekering af, terwijl aan een bankspaarhypotheek een spaarrekening is gekoppeld.

De hypotheekrente is aftrekbaar. De maandlast bestaat uit rente en inleg/premie voor je spaarrekening of spaarpolis. De hoogte is zo bepaald dat je aan het einde van de looptijd de hele hypotheekschuld kunt aflossen met het spaardeel.

Bij een (bank)spaarhypotheek kun je kiezen voor extra aflossen of extra inleggen. Met de extra inleg kan de geldverstrekker de maandinleg verlagen. Je kan er ook voor kiezen de maandinleg gelijk te houden en de looptijd te verkorten. De extra inleg heeft geen invloed op de hypotheekrenteaftrek, zoals een extra aflossing dat wel heeft.

De onderstaande tabel laat het effect van beide opties zien.

Volgens Oscar Noorlag is aflossen op de bankspaarhypotheek net zo interessant als aflossen op een annuïteitenhypotheek. En dat blijkt als je naar de besparing kijkt die de aflossing van 10.000 euro op levert. Deze is met 66 euro op de bruto maandlast en 51 euro op de netto maandlast ongeveer even groot als bij de annuïteitenhypotheek.

Echter, de maandlast daalt harder met een extra inleg dan met een extra aflossing. Het koppel bespaart met een extra storting van 10.000 euro in de spaarpot 66 euro op zowel de bruto als de netto maandlast. De oorspronkelijke schuld blijft hetzelfde en daarmee ook de hypotheekrenteaftrek. Tegelijk daalt de maandelijkse spaarinleg fors. Althans, als je voor die optie kiest in plaats van het verkorten van de looptijd.

Bedenk wel dat extra storten is aan fiscale regels gebonden is. Je mag per verzekeringsjaar niet meer inleggen dan tien keer de laagste premie die je in andere jaren stort. Een verzekeringsjaar is een periode van 12 maanden vanaf de ingangsdatum van de polis. 

De geldverstrekker weet niet wat de laagste premie in de toekomst is. Immers, de hypotheekrente kan worden aangepast en daarmee ook de premie. Volgens de Consumentenbond mag je daarom vaak maar zeven keer de huidige laagste premie storten

Volgens Oscar Noorlag van Van Bruggen Adviesgroep kan het daarom soms wenselijk zijn om de extra storting over twee jaren te spreiden.

Lees meer over hypotheken: