Het kabinet trekt inderdaad de knip voor het Eurovisie Songfestival. De NPO krijgt de gevraagde 12,4 miljoen euro. Dat geld is er dankzij meevallende reclame-inkomsten.

De halve finales van het Eurovisie Songfestival zijn op 12 en 14 mei en op 16 mei is de finale in Rotterdam. Het liedjesfestijn vindt in 2020 in Nederland plaats doordat Duncan Laurence dit jaar het Songfestival won met zijn nummer Arcade.

Mediaminister Arie Slob liet vorige week al weten dat “de meeste seinen op groen” stonden voor het verzoek van de NPO. Hij wilde de afzonderlijke omroepen nog vragen of zij achter het plan staan, omdat het gaat om “hun eigen geld”. De reclame-inkomsten vloeien in een potje dat voor bijzondere uitgaven van de omroepen wordt gebruikt. De omroepen hebben geen bezwaar, antwoordden ze.

De kosten van het liedjesfestijn zijn nu gedekt. Van de 26,5 miljoen euro die het kost, komt 9,6 miljoen voor rekening van organisator EBU. De NPO legt 2,5 miljoen in en AVROTROS 2 miljoen.

Slob rekent er wel op dat de NPO ervoor zorgt dat ook mensen met een beperking het songfestival kunnen meemaken. Ook moeten scholieren bij het evenement worden betrokken, heeft hij op verzoek van de Tweede Kamer benadrukt.

Het kabinet wilde van meet af aan geen geld vrijmaken voor het Songfestival, maar kon de NPO toch uit de brand helpen doordat de Ster meer heeft verdiend met de verkoop van reclame. Slob ging uit van 150 miljoen euro aan Ster-inkomsten, maar dat lijkt 173 miljoen euro te worden, schrijft hij aan de Kamer. Zelfs als dat uiteindelijk wat tegenvalt, is de zogeheten mediareserve groot genoeg om 12,4 miljoen euro te kunnen missen.

De NPO en Rotterdam reageren verheugd. "Fijn om te horen dat de aanvraag van de NPO is gehonoreerd. Nu alle kosten zijn gedekt kunnen we ons voorbereiden om volgend jaar fantastische shows neer te gaan zetten," laat een woordvoerder van de gemeente Rotterdam weten.

NPO-bestuursvoorzitter Shula Rijxman stelt: "Het Eurovisiesongfestival is een van de meest verbindende Europese tradities, waar ieder jaar miljoenen mensen naar uitkijken. Het evenement in Rotterdam, dat twee weken duurt, en de drie hoogstaande tv-producties zullen hoe dan ook een positieve impuls zijn voor de hele Nederlandse culturele, creatieve en innovatieve industrie."

Lees meer: