De grote energieleveranciers Vattenfall en Eneco hebben het aantal klanten met betalingsproblemen het afgelopen jaar flink zien toenemen. Over heel 2022 kwam het aantal mensen met betalingsachterstanden bij Vattenfall 20 tot 30 procent hoger uit.

Eneco zag ongeveer 10 procent meer klanten in de problemen komen. De afgelopen maanden leek het aantal betalingsproblemen wel enigszins te stabiliseren, mogelijk geholpen door de overheidscompensaties.

Bij Vattenfall was de grootste stijging in het aantal betalingsregelingen meteen aan het begin van het jaar. De prijzen van energie stegen toen snel, zeker sinds de start van de oorlog in Oekraïne in februari.

“In het tweede kwartaal was er weer een daling in de aantallen betalingsregelingen, in het vierde kwartaal zagen we een stijging in de hoogte van de achterstand door de stijging van de termijnbedragen”, meldt een zegsman.

Anders dan bij Vattenfall liepen de betalingsproblemen bij Eneco pas later in het jaar op. "Na de zomer begon het aantal betalingsachterstanden langzaam omhoog te kruipen, maar nu blijft het beeld hetzelfde als een paar weken geleden", aldus een woordvoerder.

Lees ook: Kwart huurders verwacht probleem met hoge energierekening in 2023 – voor mensen met hypotheek is dat 1 op 10

In totaal kreeg een paar procent van de klanten met betalingsproblemen te maken. "Dat laat zien hoeveel mensen wel in staat zijn hun rekening te betalen."

Essent ziet betalingsachterstanden dalen

Essent zag het aantal betalingsachterstanden afgelopen jaar juist lager uitvallen dan in 2021, toen de tarieven en inflatie nog veel lager waren. De leverancier weet nog niet hoe dat kan. In december nam het aantal betalingsachterstanden wel licht toe.

Het gemiddelde bedrag van een betalingsregeling bleef wel stabiel, ondanks hogere tarieven. "Daarentegen zien we een positieve stijging in het betaalgedrag van klanten", waarbij een woordvoerster wel verwijst naar de mogelijke invloed van de energiecompensatie.

In november en december 2022 kregen huishoudens per maand 190 euro als tegemoetkoming in de energiekosten. Vanaf 1 januari moet het prijsplafond de rekening voor gas en stroom betaalbaar houden.

Hierbij geldt een maximaal tarief van 0,40 euro per kilowattuur uur stroom en 1,45 euro per kuub gas, tot een jaarverbruik van 1200 kuub gas en 2900 kilowattuur stroom.

Voor het verbruik boven de drempel betaal je het contracttarief van de energieleverancier. Welke invloed dit door de overheid ingestelde prijsplafond heeft, is nog lastig te zeggen zeggen de energiebedrijven.

Leveranciers proberen samen met de overheid zoveel mogelijk te voorkomen dat huishoudens met grote schulden komen te zitten. Hier zijn verschillende maatregelen voor, zoals een noodfonds om mensen tijdelijk te helpen met betalingen.

Door een overheidsmaatregel worden huishoudens tot in ieder geval april minder snel afgesloten van het gas. Zolang klanten met hun leverancier in contact blijven, gebeurt dat zelfs helemaal niet.

Lees ook: Prijsplafond energie: zo bepaalt je energieleverancier in 2023 welke prijzen je betaalt voor gas en stroom