• De Amerikaanse beursanalist Jon Wolfenbarger is er sterk van overtuigd dat de aandelenmarkt aan de vooravond staat van een scherpe daling.
  • Volgens Wolfenbarger zijn er 7 factoren die erop duiden dat de beurs het zwaar gaat krijgen.
  • Tegenover Insider licht de analist zijn argumentatie toe en geeft hij aan hoe je de omslag naar een bear markt kunt vaststellen.

Jon Wolfenbarger is een Amerikaanse beursanalist met 25 jaar ervaring op Wall Street. Hij werkte onder meer voor Allianz Global Securities en is momenteel de baas van beurssite Bullandbearprofits.com. Wolfenbarger is ervan overtuigd dat de beurs afstevent op een flinke crash.

Tegen Insider zegt hij: “De komende bear markt wordt erger dan die van 2008. Het is goed mogelijk dat we het begin daarvan nu meemaken, al zeg ik niet dat je dat vandaag of morgen meteen ziet. In 2008 en 2009 zakte de S&P 500-index met 58 procent terug. Dat kan dit keer nog een graadje erger zijn, met een terugval van meer dan 60 procent.”

Zo’n sterke uitspraak behoeft natuurlijk overtuigend bewijs. Wolfenbarger claimt dat er 7 indicatoren zijn die hem erg zeker maken van zijn zaak.

Het meest in het oog springend zijn de waarderingsindicatoren van de aandelenmarkt. Die laten zien dat de beurs momenteel extreem duur is op basis van historische maatstaven.

De zogenoemde Schiller k/w (koers-winstverhouding) bevindt zich op een extreem hoog niveau, wat wil zeggen dat beleggers een forse prijs betalen voor aandelen in verhouding tot de voor de inflatie gecorrigeerde gemiddelde winst per aandeel over de afgelopen 10 jaar.

Ook de zogenoemde Buffett-indicator staat op recordhoogte. Hierbij wordt de totale waarde van de (Amerikaanse) aandelenmarkt gedeeld door het nationaal inkomen. Momenteel is de beurs op basis van deze maatstaf duurder dan ten tijde van de dotcomzeepbel van het jaar 2000.

warren buffet indicator
Seeking Alpha

Op de tweede plaats is er het beleggersvertrouwen. Dat is volgens Wolfenbarger sinds de herstelperiode op de beurs die in maart 2020 werd ingezet over het algemeen zeer hoog geweest. Wolfenbarger ziet extreem optimisme onder beleggers als een contraire indicator.

Indicatief hiervoor is de zogenoemde put/call ratio op de optiemarkt. Die staat op relatief lage niveaus. Dit betekent dat beleggers veel sterker hebben ingezet op een verdere stijging van de beurs (via call opties) dan op een daling (via putopties).

Extreem optimisme is ook zichtbaar bij de zogenoemde 'margin debt'. Dit is de mate waarin er wordt belegd met geleend geld. Wolfenbarger signaleert dat er sinds een jaar sprake is van extreme stijgingen van beleggen met geleend geld. De laatste keren dat dit fenomeen zo sterk optrad, was in het jaar 2000 en in het jaar 2008, dus voorafgaand aan het knappen van respectievelijk de dotcomzeepbel op de beurs en de kredietcrisis rond Amerikaanse rommelhypotheken.

De derde factor die Wolfenbarger aanstipt, betreft de relatief zwakke groeivooruitzichten van de (Amerikaanse) economie voor de langere termijn. "Als je over de afgelopen 20 jaar kijkt, zie je dat er nauwelijks meer sprake is van een groei van de industriële productie en de werkgelegenheid, eigenlijk sinds het barsten van de techzeepbel in het jaar 2000", zegt Wolfenbarger.

industrial production index
Seeking Alpha

De vierde indicator waar Wolfenbarger op wijst, is de verhouding tussen de Amerikaanse staatsschuld en het nationaal inkomen. Die bevindt zich op recordniveau en dat is volgens de analist in het verleden bijna altijd een randvoorwaarde geweest voor een financiële crisis.

De vijfde factor draait om de positie van de Amerikaanse centrale bank. Die heeft de afgelopen jaren agressief rentes verlaagd en goedkoop geld in het financiële systeem gepompt. Gevolg is dat de Federal Reserve weinig meer kan doen als er een nieuw crisis uitbreekt. Daar komt bij dat recente tekenen dat de inflatie toeneemt de speelruimte van de Fed beperken: om de inflatie in toom te houden, kan de centrale bank gedwongen worden het monetaire beleid te verkrappen, ook als de economie het zwaarder krijgt.

De laatste twee factoren die Wolfenbarger noemt, duiden er wat hem betreft op dat de eerste stappen richting een bear markt (een periode van langdurig lagere aandelenkoersen) mogelijk al zijn gezet.

Als eerste wijst de analist op het percentage aandelen op de New York Stock Exchange dat boven het 200-daags koersgemiddelde noteert. Dat aantal is gezakt van 80 procent naar 58 procent. Als tweede noemt Wolfenbarger dezelfde maatstaf voor de technologie gerelateerde Nasdaq-index. Het percentage Nasdaq-aandelen dat boven het 200-daags koersgemiddelde noteert is van 80 procent tot 35 procent gedaald.

"Momenteel noteren beurzen zo'n 5 procent lager ten opzichte van de all-time-highs van september. Dat stelt niet veel voor. Maar als je naar de interne dynamiek kijkt, dan is er al behoorlijk wat schade aangericht", zegt Wolfenbarger.

Wolfenbarger acht het mogelijk dat de beurs voor het eind van het jaar nog een keer piekt. Tegelijk denkt hij dat het in gang zetten van de afbouw van opkoopprogramma's voor obligaties door de Federal Reserve de crash in gang kan brengen. Hij denkt ook dat het zo'n 10 jaar kan duren voordat de beurs terugkeert naar de huidige recordniveaus.

4 signalen die de start van een bear markt markeren

Wolfenbarger noemt vier technische indicatoren die de start van een bear markt zouden bevestigen:

1) Een daling van de koers van de brede S&P 500-index onder het 250-daags koersgemiddelde.
2) Een koersniveau van de S&P 500 dat gedurende langere tijd onder het 250-koersgemiddelde noteert, waardoor de lijn van het 250-daags koersgemiddelde omlaag begint te buigen.
3) Een situatie waarbij het 20-daags koersgemiddelde van de S&P 500 onder het 250-daags gemiddelde zakt.
4) Een situatie waarbij het 60-daags koersgemiddelde van de S&P 500 onder het 250-daags gemiddelde zakt.

"Als de dagkoers, het 20-daags gemiddelde en het 60-daags gemiddelde alle drie onder het 250-daags koersgemiddelde noteren, heb je te maken met wat je als de definitie van een bear markt kunt zien", aldus Wolfenbarger.

De visie van Wolfenbarger in perspectief geplaatst

Bij de grote zakenbanken op Wall Street is er geen analist te vinden die openlijk beargumenteert dat aandelen met 60 procent kunnen dalen in de komende maanden.

Wel is het zo dat beleggers en beursstrategen in de afgelopen weken voorzichtiger zijn geworden. Diverse bekende beursstrategen hebben waarschuwingen afgegeven over een correctie van de aandelenmarkt, en die is in september ook in gang gezet.

Lees ook: Beurzen moeten snel herstellen, want een neerwaarts trendje is in de maak

Voorlopig zijn er veel onzekere factoren. Zo is het inderdaad de vraag hoe beleggers reageren als de Federal Reserve eind dit jaar start met het het terugdraaien van de opkoopprogramma's voor obligaties. En minstens zo belangrijk is de inflatie-ontwikkeling. Centrale banken beweren tot nog toe steeds dat de hogere inflatie 'tijdelijk' is, maar niet iedereen is daarvan overtuigd.

Anders gezegd: aandelenmarkten ogen fragiel. Voor Wolfenbarger des te meer reden om de bovengenoemde technische koersindicatoren de komende maanden scherp in de gaten te houden.

LEES OOK: Altcoins: deze 15 relatief onbekende cryptomunten kunnen eenzelfde soort opmars maken als Ethereum en bieden kansen, volgens Bank of America