Airbus heeft een productielijn in de Chinese stad Tianjin stilgelegd. De Europese vliegtuigbouwer volgt daarmee voorschriften op van de Chinese overheid om personeel zo veel mogelijk thuis te laten werken. Die maatregel moet helpen in de strijd tegen de verspreiding van het nieuwe coronavirus.

Tianjin dat ongeveer 15 miljoen inwoners telt, is de laatste stad die door de Chinese overheid op slot is gezet vanwege het coronavirus uit Wuhan.

De gesloten productielocatie is een assemblagelijn waar Airbus uit verschillende onderdelen volledige toestellen in elkaar zet. De locatie is maandelijks goed voor de assemblage van zes toestellen uit de A320-serie, wat gelijk staat aan circa 10 procent van Airbus’ totale productie van vliegtuigen met een smalle romp. Reisbeperkingen in China en andere landen zorgen ook voor verdere logistieke problemen bij Airbus.

Ook Boeing houdt fabriek dicht

Ook de toeleverancier van vliegtuigmotoren Safran heeft maatregelen in China genomen. Het Franse bedrijf, dat meerdere fabrieken in het Aziatische land heeft, houdt zijn locaties tot maandag gesloten om de verspreiding van het Wuhan-virus te voorkomen. Het gaat om een verlenging van de sluiting van bedrijfsvestigingen, die eerder wegens Chinees Nieuwjaar dicht waren.

De Amerikaanse vliegtuigmaker Boeing houdt zijn fabriek in Zhoushan, vlak bij Shanghai, eveneens langer gesloten na de vakantieperiode. Deze locatie voor de afwerking van vliegtuigen blijft minimaal tot volgende week buiten bedrijf.

Het coronavirus is hiermee een extra tegenslag voor de vliegtuigmakers. Airbus kampt met een productieachterstand terwijl Boeing uit alle macht probeert de 737 Max weer in de lucht te krijgen na twee fatale crashes.

Lees meer over het coronavirus: