Britse kiezers gaan op 12 december zo goed als zeker naar de stembus voor vervroegde parlementsverkiezingen. Het Lagerhuis heeft dinsdagavond ingestemd met een speciale wet voor die verkiezingen, ingediend door de regering van premier Boris Johnson.

Het voorstel, de vierde poging van Johnson om vervoegde verkiezingen uit te schrijven sinds hij in juli aan de macht kwam, werd gesteund door 438 Lagerhuisleden; 20 parlementariërs stemden tegen. De speciale wet was nodig om de wettelijk vastgestelde vaste verkiezingsdata te omzeilen.

Volgens Johnson bieden de verkiezingen het Britse electoraat een kans “zich te bevrijden” van het huidige parlement dat het niet eens kan worden over de Brexit. Het Lagerhuis is al maanden verwikkeld in een impasse over de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. Als gevolg daarvan is de vertrekdatum enkele malen uitgesteld, inmiddels tot 31 januari 2020.

Johnson wendt zich graag direct tot de Britse kiezers met het nieuwe uittredingsakkoord dat hij dit najaar heeft gesloten met de EU – en de boodschap “Brexit gedaan te krijgen”.

Oppositiepartijen steunden vervroegde verkiezingen om uiteenlopende redenen. Twee kleine oppositiepartijen, de Liberal Democrats en de Scottish National Party, zien verkiezingen als de enige kans om Brexit nog tegen te houden. Hun eerste keus, een tweede referendum, lijkt binnen de huidige verhoudingen in het Lagerhuis buiten bereik vóór de nieuwe Brexit-deadline van 31 januari. Beide oppositiepartijen staan in de peilingen op winst.

Corbyn belooft 'radicale campagne voor echte verandering'

De belangrijkste oppositiepartij, Labour, was lange tijd tegen vervroegde verkiezingen, mede omdat de partij er slecht voorstaat in de peilingen. Maar Labour-leider Jeremy Corbyn ging dinsdagochtend overstag, toen duidelijk werd dat er een meerderheid was voor de vervroegde stembusgang. Hij beloofde "de meest ambitieuze en radicale campagne voor echte verandering die ons land ooit heeft gezien".

Sommige oppositiepartijen hadden een voorkeur voor verkiezingen op 9 december, mede omdat studenten dan nog in hun woonplaats zijn bij universiteiten. Een voorstel om op die dag te stemmen, werd echter verworpen.

Het is de derde keer in drie jaar dat kiezers in het Verenigd Koninkrijk naar de stembus gaan om een nieuw Lagerhuis te kiezen. In 2015 behaalden de Conservatieven een meerderheid onder ex-premier David Cameron. Na het Brexit-referendum van 2016 stuurde zijn opvolger Theresa May aan op vervroegde verkiezingen in juni 2017. Daarbij verloren de Conservatieven hun meerderheid in het Lagerhuis.

Johnson hoopt een meerderheid terug te winnen voor de Conservatieven, die inmiddels bijna tien jaar aan de macht zijn. Zijn kansen liggen goed: in de peilingen staan de Conservatieven meer dan tien procentpunten voor op Labour. Beide partijen staan echter op verlies ten opzichte van 2017. Waarnemers wijzen er bovendien op dat ook May de campagne van 2017 begon met een ruime voorsprong, maar die uiteindelijk grotendeels kwijtraakte.

Verkiezingen in december zijn uiterst zeldzaam in Groot-Brittannië; Britse kiezers gingen voor het laatst in 1923 kort voor Kerst naar de stembus.

De wet moet nog worden goedgekeurd door het Britse Hogerhuis. Dat wordt voor het einde van de week verwacht. Dan begint een verkiezingscampagne van vijf weken.

Lees meer over de Brexit: