De Nederlandse uitstoot van broeikasgassen is vorig jaar met 9 procent gedaald, becijfert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De afname is volgens voorlopige cijfers van het statistiekbureau een ongeveer even grote daling als in coronajaar 2020.

Ten opzichte van 1990 is de hoeveelheid CO2 en andere broeikasgassen die hier de lucht ingaan inmiddels bijna 32 procent gedaald. Dat niveau was nog niet eerder bereikt. Met deze cijfers voldeed Nederland vorig jaar ook weer aan het minimum dat de Hoge Raad de overheid eind 2019 had opgedragen. Een jaar eerder lukte dat net niet.

Lager gasverbruik helpt bij daling CO2-uitstoot Nederland

Het CBS wijst als verklaring in de eerste plaats op het lagere aardgasverbruik. Inwoners en bedrijven hebben “fors bezuinigd” op gas vanwege de hoge prijzen. Die stegen zoals bekend sterk na de Russische inval in Oekraïne en de Europese reactie daarop.

Grote bedrijven die veel gas gebruiken, pasten hun productieprocessen aan of legden hun productie grotendeels stil. Ook gascentrales draaiden in 2022 minder hard. Bovendien was het weer zeer zacht. Door de relatief hoge temperaturen was minder aardgas nodig om gebouwen warm te krijgen, legt het statistiekbureau uit.

Hoewel kolencentrales van het kabinet tijdelijk meer mochten stoken om aan de vraag naar stroom te voldoen, bleef de totale hoeveelheid steenkool die ze uiteindelijk verbrandden ongeveer gelijk. Het CBS wijst erop dat ook steeds meer elektriciteit uit hernieuwbare bronnen komt: inmiddels zo'n 40 procent. Voor warmte leunt Nederland overigens nog vooral op aardgas.

Uitstoot Nederland moet in 2030 minimaal 55% lager zijn dan in 1990

In de klimaatwet is vastgelegd dat de uitstoot in 2030 met zeker 55 procent moet zijn afgenomen. Een doel waar nu al ieder jaar aan voldaan moet worden, is dat uit de zogeheten Urgendazaak. In die rechtszaak bepaalden de hoogste rechters van het land dat de jaarlijkse uitstoot vanaf 2020 minimaal een kwart lager moest liggen dan in 1990.

Wat de Hoge Raad betreft is ons land daartoe verplicht omdat klimaatverandering "grote gevaren voor het leven op aarde" oplevert. In 2020 werd het doel nipt gehaald. In dat jaar kwam aanzienlijk minder CO2 uit de uitlaatpijpen van auto's doordat mensen veel thuisbleven door de uitbraak van het coronavirus. En ook toen was het relatief warm.

In 2021 ging de uitstoot juist weer omhoog. Daardoor werd het door de rechter vastgestelde doel met een fractie gemist. De afname bleef steken op 24,9 procent, zo maakten de definitieve cijfers van de zogeheten Emissieregistratie vorige maand duidelijk. Naast het Centraal Bureau voor de Statistiek werkt onder meer het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) daaraan mee.

In de nieuwe cijfers laat het CBS zien dat de Nederlandse economie ook relatief steeds minder uitstoot. De zogeheten CO2-intensiteit, uitgedrukt in kilo's CO2 per verdiende euro, is sinds 2010 met meer dan een derde gedaald.

De grote daling in uitstoot van broeikasgassen in 2022 is fijn, maar er is nog veel meer nodig, zegt directeur Marjan Minnesma van duurzaamheidsorganisatie Urgenda. Met een rechtszaak wist Urgenda een doel af te dwingen: de uitstoot moet sinds 2020 elk jaar minstens een kwart lager zijn dan in 1990. "Maar dat is de absolute ondergrens om onder de 2 graden opwarming te blijven", benadrukt Minnesma. "We moeten ons richten op de toekomst en ervoor zorgen dat de aarde niet met meer dan 1,5 graden opwarmt."

Minnesma is kritisch. "Het klimaatbeleid van de Nederlandse regering laat absoluut geen urgentie zien." In het Klimaatakkoord van Parijs hebben landen wereldwijd afgesproken dat de gemiddelde temperatuur op aarde bij voorkeur niet met meer dan 1,5 graad mag stijgen, en zeker niet met meer dan 2 graden. Anders zijn de gevolgen van klimaatverandering te groot. De huidige daling in broeikasgassen is voornamelijk veroorzaakt door externe factoren en niet door beleid van de overheid. "Het is maar de vraag wat de uitstoot voor dit jaar gaat doen, 2022 was geen representatief jaar."

LEES OOK: Grote, energie-intensieve bedrijven betalen fractie van de energiebelasting voor stroom en gas, vergeleken met huishoudens: CO2-heffing stijgt wel