Air France en Delta Air Lines hebben de aanval geopend. Beide
luchtvaartmaatschappijen hebben een samenwerkingsverband op poten gezet op
de lucratieve Britse markt, die tot nu toe slechts door een zeer beperkt
aantal luchtvaartmaatschappijen wordt bediend.

Air France begint in april 2008 een vlucht tussen Londen en Los Angeles en
heeft daarmee een primeur. Nog niet eerder vloog een andere
luchtvaartmaatschappij dan British Airways, Virgin Atlantic, United Airlines
en American Airlines tussen de Britse hoofdstad en de Verenigde Staten.

De Franse onderneming en eigenaar van KLM maakt als eerste
luchtvaartmaatschappij dankbaar gebruik van een in maart van dit jaar
gesloten luchtvaartverdrag tussen de VS en de Europese Unie. De naam van
deze zogenoemde open skies-overeenkomst geeft de essentie van het akkoord al
weg. Het Europese en Amerikaanse luchtruim is vrijwel geheel opengesteld.
Dit wordt op 30 maart volgend jaar van kracht.

Elke Europese luchtvaartmaatschappij mag dan vanaf elke Europese stad een
vlucht richting de VS beginnen. Zo is KLM niet langer gebonden aan Schiphol
als thuisbasis, maar mag het nu vanaf bijvoorbeeld Londen naar de overkant
van de Atlantische Oceaan vliegen. Omgekeerd mag British Airways Amsterdam
verbinden met elke Amerikaanse stad.

De nieuwe open skies-overeenkomst maakt een einde aan de nationale
verdragen tussen Europese lidstaten en de VS, waarbij nationale
luchtvaartmaatschappijen in feite een monopolie in de schoot geworpen
kregen. Want alleen een Nederlandse vervoerder mocht tot voor kort vanaf
Nederlands grondgebied de VS aandoen.

De consument is de winnaar van het open skies-verdrag, zei minister Eurlings
van Verkeer in maart al. Hij lijkt gelijk te krijgen. De bilaterale
verdragen beperkten de concurrentie tussen luchtvaartmaatschappijen, maar
dankzij het opengestelde luchtruim heeft Air France woensdag waarschijnlijk
een begin gemaakt van een ingrijpende concurrentieslag.

Dit is volgens analisten de eerste stap in een spel dat 30 maart volgend jaar
begint als de open skies-overeenkomst effectief wordt. Air France-topman
Jean-Cyril Spinetta verklaarde er rekening mee te houden dat British Airways
en het Duitse Lufthansa vluchten beginnen vanaf Parijs en Schiphol.

Minister Eurlings voorspelde in maart bovendien lagere tarieven. Want, zo zei
hij, prijsvechters zouden nu ook de oversteek naar de VS wagen. Vooralsnog
lijkt van die voorspelling weinig uit te komen. EasyJet heeft herhaaldelijk
gezegd niet geïnteresseerd te zijn in transatlantische vluchten.
Ryanair-topman Michael O’Leary speelt wel met de gedachte, maar op korte
termijn zal dat weinig opleveren.

Lagere tarieven zijn wel goed mogelijk als de concurrentie op de
Europese luchtvaartmarkt goed en wel op gang is gekomen. Het aanbod van
vluchten richting de VS neemt immers toe. Daar komt bij dat de passagier in
ieder geval meer keuze heeft. Hij kan kiezen voor een vlucht die op een
beter tijdstip vertrekt of voor een service aan boord die beter bij zijn
wensen aansluit.

Vooralsnog concentreert de strijd zich echter op de Britse markt. De krant The
Times meldde donderdag dat British Airways in gesprek is met de Britse
luchtvaartmaatschappij bmi over een overname. Daarmee zou een
transatlantische grootmacht zijn geboren.

Ook zou British Airways opnieuw naar een mogelijke fusie met American Airlines
kijken. Dat hebben beide luchtvaartmaatschappijen al eerder geprobeerd, maar
de Europese antikartelautoriteiten hebben daar geen toestemming voor
gegeven. De machtspositie in Groot-Brittannië zou te groot worden. Nu de
Britse markt is opengesteld voor concurrenten zou daar wel eens verandering
in kunnen komen.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl