ANALYSE – Nog maar een paar jaar nadat de beoogde pensioenleeftijd werd verhoogd naar 67 jaar gaat deze volgend jaar alweer naar 68 jaar. Wat betekent dat voor jou?

De overheid laat er geen gras over groeien: we moeten langer blijven werken. Op 1 januari 2018 gaat de officiële pensioenleeftijd daarom van 67 naar 68 jaar. Het gaat hier om een richtlijn die gevolgen heeft voor pensioen dat je opbouwt via pensioenfondsen van werkgevers.

Voor de goede orde: dit is iets anders dan AOW, de oudedaguitkering van de overheid. De AOW-leeftijd gaat ook omhoog, maar ligt vanaf 2018 op 66 jaar. Wie dus volgend jaar 66 wordt, ontvangt sowieso een AOW-uitkering.

Wat betekent een pensioenleeftijd van 68 jaar bij het werkgeverspensioen in de praktijk en wat betekent het niet?

Hoger pensioenleeftijd: 3 gevolgen

Lagere pensioenpremie. De verhoging van de officiële pensioenleeftijd betekent dat je maximaal pensioen opbouwt via de werkgever bij een pensioenleeftijd van 68 jaar. Nu is de pensioenleeftijd nog 67 jaar. De verhoging betekent dat de pensioenpremie omlaag gaat, omdat je statistisch bezien minder lang pensioen krijgt – namelijk een jaar minder – terwijl een jaar langer de tijd hebt om dat pensioen op te bouwen.

Een voordeel daarvan is dat je minder pensioenpremie betaalt en dus meer salaris overhoudt. Tenminste, als je zelf aan je pensioenpremie meebetaalt. Een nadeel daarvan is dat ook je werkgever minder pensioenpremie betaalt. Meestal namelijk betaalt je werkgever mee aan de pensioenpremie.

- Meerdere pensioenpotjes. Het wordt er niet overzichtelijker op. Als je inlogt op mijnpensioenoverzicht.nl zie je wat je nu hebt opgebouwd aan pensioen bij de werkgever.

Vaak staat er dan wat je krijgt tussen je 65ste en je 67ste – het eerste potje, opgebouwd vóór 2014; en vervolgens staat er wat je krijgt vanaf je 67ste – het tweede potje. Daar komt nu een derde potje bij:  namelijk wat je krijgt vanaf je 68ste.

Je mag die potjes bij elkaar gooien en zo op één pensioenleeftijd met pensioen gaan. Maar dan kloppen de bedragen op mijnpensioenoverzicht.nl natuurlijk niet meer.

Bij sommige pensioenfondsen en -verzekeraars kun je online berekenen wat je krijgt als je die potjes bij elkaar gooit en op één bepaalde datum met pensioen gaat. Maar soms ook moet je dat handmatig door de pensioenuitvoerder laten uitrekenen.

- Langer doorwerken. Het wordt minder aantrekkelijk om vóór je 68ste met pensioen te gaan, omdat je dan niet maximaal profiteert van het belastingvoordeel – de pensioenpremie is aftrekbaar - van pensioen. Dat is natuurlijk ook precies de bedoeling van de wetgever, maar dat hoeft niet te stroken met je eigen ideeën.

Omgekeerd kan het, als je werkgever bent, lastiger worden om van oudere werknemers af te komen, mocht je dat willen. Sommigen zullen tot hun 68ste willen doorwerken, omdat ze dan een zo hoog mogelijk pensioen opbouwen.

Hogere pensioenleeftijd: 3 dingen om op te letten

- Pensioenleeftijd NIET verplicht omhoog. Pensioenfondsen en -verzekeraars zijn niet verplicht om de pensioenleeftijd ook daadwerkelijk te verhogen naar 68 jaar. Maar als dat niet gebeurt, mag jaarlijks minder worden opgebouwd dan nu het geval is. Dan krijg je dus minder pensioen.

- NIET pas op je 68ste met pensioen. Dat de pensioenleeftijd voor werkgevers naar 68 jaar gaat, betekent evenmin dat je pas op je 68ste met pensioen mag gaan. Bij de meeste pensioenregelingen mag je al vanaf je 60ste met pensioen, soms zelfs al vanaf je 55ste. Uiteraard krijg je dan wel een lagere maandelijkse uitkering.

- AOW en werkgeverspensioen lopen uiteen. De officiële pensioenleeftijd loopt niet gelijk met de leeftijd waarop je voor het eerst AOW krijgt van de staat - zoals gezegd: 66 jaar in 2018. Dat maakt het uitzoeken van de ideale pensioendatum een behoorlijke puzzel. Het is niet anders.

Paul van der Kwast is onafhankelijk financieel planner en verdient geen geld aan de verkoop van financiële producten. Voor Business Insider volgt hij de pensioenontwikkelingen op de voet.

LEES OOK: Deze grafiek laat zien dat Nederlandse pensioenfondsen het helemaal niet zo slecht doen, vooral dankzij buitenlandse beleggingen