• De Japanse centrale bank kwam afgelopen maand in actie om de steeds zwakkere yen te ondersteunen.
  • Tegelijk blijft er een fundamenteel verschil in het monetaire beleid van Japan en landen in Europa en de VS: in het westen stijgen rentes, terwijl Japan de rente bewust laag houdt.
  • De kans is hierdoor groot dat de Japanse yen onder druk blijft staan, signaleert valuta-expert Joost Derks van iBanFirst.

ANALYSE – Een kleine opleving van de Japanse yen half oktober kreeg onlangs een heel nieuwe lading toen bekend werd dat Japan die stijging zelf had veroorzaakt. Voor het eerst sinds 1998 heeft het land zijn ruime voorraad vreemde valuta gebruikt om de eigen munt een duwtje in de rug te geven.

Dat is overigens ook hard nodig, aangezien de yen ten opzichte van de euro met meer dan 20 procent is gedaald in 2,5 jaar. De koersschade in vergelijking met de dollar is zelfs nog een stuk groter.

In totaal heeft Japan ruim 40 miljard euro uitgegeven aan de valuta-ingreep. Dat is echter lang niet voldoende om een eind te maken aan de glijvlucht van de afgelopen jaren. Die wordt veroorzaakt door de renteverhogingen van de Amerikaanse centrale bank en de Europese Centrale Bank (ECB). De Bank of Japan (BoJ) houdt juist halsstarrig vast aan een beleidsrente van net iets minder dan nul procent.

Zolang daar geen verandering in komt, wordt de rentekloof met de rest van de ontwikkelde wereld alleen maar groter. In Europa is de belangrijkste beleidsrente van de ECB opgelopen tot 2 procent, terwijl dat in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk zelfs 3 procent is.

In alle regio’s komt daar de komende maanden waarschijnlijk nog een schepje bovenop. Dat maakt het voor partijen steeds aantrekkelijker om hun yens in te ruilen voor andere valuta’s.

Japan houdt rente extreem laag

Het ziet er niet naar uit dat de Japanse centrale bank binnenkort de rente gaat verhogen, zodat het grote renteverschil met andere landen wat kleiner wordt. De inflatie ligt namelijk veel lager dan in Europa of de Verenigde Staten.

In het lopende jaar stevent Japan op een inflatie af van gemiddeld 2 procent en voor 2023 verwachten economen een gemiddelde inflatie van iets minder dan 1,5 procent. Een belangrijke oorzaak van de lage inflatie is dat energie minder zwaar meeweegt in het koopkrachtmandje dan in andere landen.

Ook speelt mee dat de Japanse huizenmarkt veel minder oververhit is geraakt dan in de Verenigde Staten en Europa. De lage loongroei is een andere reden waarom de inflatie zo laag ligt. Salarissen nemen als gevolg van vergrijzing en het ontbreken van dynamiek in de economie nauwelijks toe.

Een lage inflatie lijkt in deze tijden heel aantrekkelijk, maar het land komt hierdoor in een financiële spagaat. Voorzitter Kuroda Haruhiko van de Japanse centrale bank heeft al laten doorschemeren dat hij tot het eind van zijn termijn in 2023 de rente onveranderd laat.

Voorlopig wordt het renteverschil met de rest van de wereld alleen maar groter. De yen heeft ten opzichte van de dollar al het laagste niveau bereikt in meer dan dertig jaar. Een heel goedkope munt ontmoedigt investeringen in de Japanse economie, die juist hard nodig zijn om de groei wat aan te wakkeren. Zo bekeken is het helemaal niet zo vreemd dat het land tientallen miljarden uitgeeft aan steunaankopen van de eigen yen. Maar zolang de Japanse rente negatief blijft, is dat dweilen met de (geld)kraan open.

Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld.