Vanaf 1 maart kun je weer aangifte doen voor de inkomstenbelasting. Daarbij is het natuurlijk handig om te kijken of er nog speciale aftrekposten zijn waar je gebruik van kunt maken. Maar in één geval hoef je daar geen speciale moeite voor te doen. Dit betreft de zogenoemde heffingskortingen.

Het begrip ‘heffingskorting’ is eigenlijk verwarrend, want een korting kan zowel verwijzen naar iets positiefs (korting in de winkel) als iets negatiefs (je wordt gekort op…). Bij de heffingskorting gaat gelukkig om een voordeel: een vast bedrag dat in mindering komt op de te betalen belasting.

Bij de belastingaangifte wordt eerst berekend wat je belastbare inkomen is en hoeveel belasting je daarover moet betalen. En vervolgens komt de heffingskorting in mindering op de te betalen belasting.

De heffingskorting werkt hiermee anders dan veel reguliere aftrekposten, want die hebben invloed op het belastbare inkomen. Zo mag je betaalde hypotheekrente in mindering brengen op je inkomen, waardoor je belastbare inkomen daalt.

Heffingskortingen zijn een instrument om inkomenspolitiek te voeren, want ze zijn gekoppeld aan je persoonlijke situatie.

De algemene heffingskorting geldt in principe voor iedereen, maar is wel inkomensafhankelijk. Deze bedraagt 2.265 euro voor de laagste inkomens (tot 20.142 euro) en 1.157 euro voor mensen met een AOW-uitkering.

Ligt jouw inkomen tussen de 20.143 en 68.507 euro, dan valt de algemene heffingskorting lager uit, naarmate je meer verdient.

Voor wie nog niet de AOW-leeftijd heeft bereikt, zijn naast de algemene heffingskorting doorgaans nog twee andere heffingskortingen relevant: de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting.

Arbeidskorting

De arbeidskorting is een heffingskorting waar iedere werkende die niet meer dan 123.362 euro verdient, aanspraak op maakt. De hoogte hiervan hangt af van je leeftijd en de hoogte van je inkomen.

Bij een jaarinkomen van 33.112 euro is de arbeidskorting maximaal 3.249 euro. Vervolgens wordt de arbeidskorting lager, naarmate je meer verdient.

Ben je in loondienst, dan houdt je werkgever bij de berekening van de loonheffing al rekening met de arbeidskorting. Je hoeft de arbeidskorting dus niet apart aan te vragen als je aangifte doet.

Inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting is bedoeld voor ouders die een kind tot twaalf jaar in huis hebben. Dat hoeft niet je eigen kind te zijn; het mag ook de zoon of dochter van je fiscaal partner zijn.

Om hier gebruik van te kunnen maken, moet je een inkomen hebben van minimaal 4.934 euro of als ondernemer aanspraak maken op zelfstandigenaftrek.

De hoogte van deze korting is - zoals de naam al aangeeft - afhankelijk van je inkomen. Welk bedrag jij in mindering kunt brengen, kun je checken op de site van de Belastingdienst.

Lees alles over slimme aftrekposten voor de aangifte 2018: