President Ferdinand ‘Bongbong’ Marcos van de Filipijnen brengt maandag een bezoek aan zijn Amerikaanse collega Joe Biden in het Witte Huis om de militaire samenwerking tussen de twee landen te bespreken.

Beide landen moeten niks hebben van de militaire aanwezigheid van China in Zuid-Chinese Zee, die door de Filipijnen als West-Filipijnse Zee wordt aangeduid. Beijing vindt dat vrijwel de hele zee onder de directe Chinese invloedssfeer valt, terwijl de Filipijnen ook een deel opeisen, net als Vietnam, Maleisië, Brunei en Taiwan.

Voor de Filipijnen speelt ook een rol dat de Chinese aanwezigheid in de Zuid-Chinese Zee het exploiteren van natuurlijke hulpbronnen belemmert.

Afgelopen februari besloten de Filipijnen en de VS tot een uitbreiding van het defensiepact EDCA. Daarmee kregen Amerikaanse troepen toegang tot nog eens vier militaire bases van de Filipijnen. In totaal heeft de VS nu toegang tot negen bases.

Ook beloofden de VS meer dan 82 miljoen dollar te investeren in vijf bases, waarmee ook de lokale economische groei wordt gestimuleerd. "De nieuwe locaties geven onze troepen de gelegenheid snel te reageren op situaties in de Filipijnen en in de hele Indo-Pacifische regio", zei een woordvoerder van het Pentagon over het opvoeren van de militaire samenwerking. Eerder hadden de VS ook al de militaire banden met Japan aangehaald.

Gezamenlijke militaire oefeningen van de VS en Filipijnen in de Zuid-Chinese Zee

De laatste weken hebben ruim 12.000 Amerikaanse militairen en zo'n 5.000 Filipijnse militairen gezamenlijke oefeningen gedaan in de Zuid-Chinese Zee. Hoogtepunt daarvan was een aanval op een nagemaakt vijandelijk schip vorige week.

De VS hopen met de militaire samenwerking China af te schrikken van een invasie van Taiwan, dat door Beijing als een afvallige Chinese provincie wordt gezien. Het Chinese leger voert regelmatig militaire oefeningen uit in de buurt van Taiwan. Vanaf de Filipijnse bases kunnen de Amerikanen in principe snel reageren op een eventuele aanval van China.

President Biden zal tijdens het bezoek van de Filipijnse president Marcos ook bevestigen dat een verdrag uit 1951 nog altijd van kracht is. Daarin beloven de VS op te treden als de Filipijnen onverhoopt worden aangevallen.

China ziet de intensieve militaire samenwerking tussen de twee landen als provocatie. De Chinese ambassadeur in Manila, Huang Xilian, zei onlangs dat hij de Filipijnen adviseert om "ondubbelzinnig de Taiwanese onafhankelijkheid af te wijzen in plaats van het vuur op te stoken en de VS toegang te geven tot militaire bases vlakbij Taiwan, als ze tenminste echt geven om de 150.000 Filipijnse gastarbeiders in China."

Militaire samenwerking met de VS heeft lange traditie

De militaire samenwerking tussen de VS en de Filipijnen gaat al ver terug. In de Koude Oorlog waren er Amerikaanse troepen gestationeerd op de Filipijnen en tijdens de Vietnam-oorlog in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw gebruikte de VS de Filipijnen als logistieke basis.

Maar onder het presidentschap van Rodrigo Duterte, in de periode tussen 2016 en 2022, waren de banden een stuk koeler. Duterte ging regelmatig tekeer tegen voormalig president Barack Obama en dreigde in 2020, toen Donald Trump president van de VS was, de overeenkomst over de stationering van Amerikaanse troepen op de Filipijnen op te zeggen.

Zijn opvolger Marcos richt zich volgens The Economist net als Duterte wel op meer economische samenwerking met China, maar wil ook de banden met de VS aanhalen, vooral op militair gebied.

LEES OOK: Xi Jinping verkozen voor derde termijn als Chinese president: 8 dingen die je moet weten over de machtigste man ter wereld