De Netflix documentaire ‘Drive to Survive’ over de Formule 1 is op het eerste gezicht een F1-documentaire. Een productie die fans van de sport een ongekende toegang achter de schermen geeft tot hun favoriete teams en coureurs.

Maar als je een beetje beter kijkt, merk je dat de show veel meer is dan een gewone sportdocumentaire. Het is een fenomeen dat de populariteit van F1 naar ongekende hoogten stuwt.

De serie werd begin 2019 gelanceerd en gaat nu zijn vierde seizoen in. Op 11 maart gaat deze in première en belooft een succes te worden: alleen al in 2021 keken meer dan 50 miljoen mensen naar de serie.

“Toen we seizoen één afmaakten, hadden we niet veel verwachtingen,” zegt Paul Martin, een van de twee uitvoerende producenten van de show, tegen Business Insider. “We hoopten dat mensen het leuk zouden vinden en het zouden zien als een interessante kijk op deze wereld.”

"We waren zeker niet van plan om het bij een bepaald publiek of een bepaalde demografie te laten landen. Maar we werden ons ervan bewust dat mensen, vooral in de Verenigde Staten, over de serie begonnen te praten en dat er een publiek voor was."

Drive to Survive: mensen en teams in de hoofdrol

Een groot deel van de aantrekkingskracht van Drive to Survive is dat het geen aandacht besteed aan de technische complexiteit van Formule 1.

Er is geen uitleg over hoe de auto's worden gemaakt en er zijn geen scènes waarin de steeds veranderende technische voorschriften van de sport worden aangehaald. In plaats daarvan laat de serie datgene zien wat de gemiddelde kijker echt wil: actie, drama, en nog meer actie.

In het allereerste seizoen zagen we onder andere Carlos Sainz Jr. de strijd aangaan met zijn idool en landgenoot Fernando Alonso. Daarnaast raakte Red Bull-baas Christian Horner verwikkeld in een woordenstrijd met Renaults Cyril Abiteboul en moest Roman Grosjean wanhopig vechten om zijn stoeltje bij Haas te behouden.

Seizoen twee bracht de rampzalige relatie tussen Haas en de voormalige sponsor Rich Energy in beeld. Ook besteedde het tijd aan de rivaliteit tussen Sebastian Vettel en Charles Leclerc bij Ferrari en stond het stil bij de dood van F1-icoon Niki Lauda.

In het derde seizoen gaf Lewis Hamilton openheid over zijn ervaringen met racisme en was Grosjean betrokken bij een crash die een Oscar-waardig segment van zeven minuten drama en spanning opleverde.

Martin: "Het was zeker een bewuste keuze om weg te blijven van dat technische gedoe. En dat is niet omdat we niet geïnteresseerd zijn in die dingen, maar het is moeilijk om het op een goede manier in beeld te brengen."

"Het publiek hoeft die dingen niet te kennen en te begrijpen om van F1 te genieten. Als je dat wel doet, weet ik zeker dat je nog meer van de serie geniet, maar de meerderheid van het publiek wil het niet weten."

Executive producers James Gay-Rees and Paul Martin attend the Formula 1 "Drive To Survive" Netflix Season 4 exclusive screening at Ham Yard Hotel
James Gay-Rees and Paul Martin.Getty/Jeff Spicer

De menselijke kant van de F1 komt meer dan ooit naar voren in seizoen vier - die Business Insider voor de uitkomst van de show keek.

In het begin heeft Horner het over hoe graag hij wilt voorkomen dat Hamilton zijn achtste titel pakt en dat Mercedes weer kampioen wordt.

"Blijf kalm, we krijgen die klootzakken wel", zegt hij na amper een minuut in de eerste aflevering, waarmee hij de relatie tussen hem en Mercedes-baas Toto Wolff op scherp zet.

In aflevering twee wordt de moeizame relatie tussen Daniel Ricciardo en Lando Norris verkend. Zij reden vorig jaar voor het eerst samen bij McLaren.

"Dat is geen goed nieuws", zegt Ricciardo nadat hij achter de jonge Norris eindigt in de kwalificatie voor de Grand Prix van Italië van 2021.

Later in de serie zien we Nikita Mazepin driftbui na driftbui krijgen vanwege zijn auto en zijn vader die dreigt de stekker uit het team te trekken. Dmitri Mazepins bedrijf Uralkali was vorig seizoen de hoofdsponsor van Haas, maar is dat nu niet meer omdat het Formule 1-team het contract opzegde vanwege de Russische invasie van Oekraïne

"Het is een soap," vertelt James Gay-Rees, de andere uitvoerend producent van Drive to Survive, aan Business Insider.

"Televisie werkt als mensen zich ergens in kunnen herkennen. Dus het feit dat we deze chauffeurs een gezicht geven door hun helm af te doen, zorgt ervoor dat het niet langer eenlingen zijn die in hun auto zitten. Het zijn mensen die dingen meemaken in hun leven."

"Het is hetzelfde met elke sport, zodra je wegblijft van de PR-versie van de moderne sport en met de actualiteit te maken krijgt, gaan mensen zich herkennen in de personages."

"F1 is altijd een afstandelijke sport geweest, maar nu voelt het alsof het dichtbij en persoonlijk is."

Het drama vastleggen is niet altijd gemakkelijk

Volgens Gay-Rees is de F1 een afstandelijke sport. Daardoor is het winnen van het vertrouwen van de F1-coureurs en teams een uitdaging voor de producenten.

Mercedes en Ferrari, twee van de grootste F1-teams, weigerden deel te nemen aan het eerste seizoen.

Max Verstappen - op wiens WK-winst de serie zich richt - nam niet deel aan seizoen vier uit bezorgdheid dat de serie gehypte verhalen rond coureurs cultiveert.

"Het is een oefening in het opbouwen van vertrouwen", vertelt Gay-Rees. "En het kost gewoon tijd, je kunt dat soort relaties niet forceren."

"De jongere coureurs die zich meer bewust zijn van de sociale media of wat dan ook, die snappen het wel, want iedereen filmt tegenwoordig alles."

"Het is nu volstrekt normaal, nietwaar? Dus de jongere generatie heeft zoiets van: 'Kom maar op.' Zelfs degenen die je niet zou verwachten, zoals Charles [Leclerc] en Carlos [Sainz] bij Ferrari zijn er helemaal weg van, ook al maken ze deel uit van een enorm team."

"Het zijn de oudere coureurs die zoiets hebben van: 'Ik heb het niet nodig.' Maar tegelijkertijd moet je wel het vertrouwen verdienen en dat is lastig."