Op 1 januari 2019 telde Nederland ruim 8,5 miljoen personenauto’s, 1,9 procent meer dan een jaar eerder. Een op de drie daarvan is grijs.
Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag op basis van de nieuwste cijfers over het motorvoertuigenpark.
Sinds grijs het in 2005 overnam van blauw als meest voorkomende autokleur, is die koppositie niet meer in gevaar gekomen. Blauw werd langzaamaan juist minder populair en staat sinds 2012 ook achter zwart op de ranglijst.
Rode en groene auto’s komen steeds minder vaak voor. Was in 2003 nog 14 procent van de auto’s groen, dit jaar is dit 4 procent. Bij rode auto’s daalde het percentage in die jaren van 19 naar 7. Ook in absolute aantallen zijn deze kleuren het steeds slechter gaan doen. In dezelfde periode daalde het aantal rode auto’s van 1,27 miljoen naar 577 duizend, en het aantal groene van 954 duizend naar 329 duizend.
Absolute hekkensluiter in paars, dat in 2019 op de laatste plek is beland achter ‘overige kleuren’
(klik voor uitvergroting)
Personenauto's gaan langer mee
Volgens de CBS-cijfers waren er op 1 januari in totaal 12,7 miljoen geregistreerde wegvoertuigen in Nederland, 227 duizend meer dan een jaar eerder.
Van de 8,5 miljoen personenauto's is 88 procent eigendom van een particulier. Het aantal auto’s van particulieren nam met 1,5 procent toe ten opzichte van een jaar eerder, terwijl het aantal auto’s op naam van bedrijven met 4,4 procent toenam.
De gemiddelde leeftijd van personenauto's is 11 jaar. Tien jaar geleden was dat nog 9 jaar.
