Dirk Scheringa gaat naar de beurs in Amsterdam met zijn bedrijf CS Factoring, via een zogeheten omgekeerde overname van de lege beurshuls Lavide.

Dat werd dinsdag bekendgemaakt.

Tussen Lavide en CS Factoring is inmiddels een overeenkomst op hoofdlijnen getekend. Het bedrijf van Scheringa, oprichter en voormalig topman van de in 2009 omgevallen DSB Bank, neemt openstaande facturen over voor een lager bedrag dan de factuur vermeldt. Als het lukt de rekening alsnog te innen, is het verschil de winst voor de onderneming.

Factoringbedrijf Scheringa op de beurs

Scheringa noemt de beursnotering belangrijk voor CS Factoring om verdere groei te realiseren. Zo moet het bijvoorbeeld een grotere naamsbekendheid veroorzaken. Zijn bedrijf boekte vorig jaar een omzet van iets meer dan 1,1 miljoen euro.

Een van de voorwaarden voor de deal is dat CS Factoring een belang neemt van bijna 50 procent in Cardec Toevoegingen, dat financiële diensten levert. Doelstelling is om de komende vijf jaar het bedrag van aangekochte facturen van CS Factoring, inclusief het te verkrijgen belang in Cardec, te laten groeien van ongeveer 30 miljoen euro naar 1 miljard euro. De omzet moet daarbij aandikken naar zo’n 40 miljoen euro.

De transactie wordt nog ter goedkeuring voorgelegd aan de aandeelhouders van Lavide. Het bestuur van Lavide zal na de omgekeerde overname bestaan uit Scheringa en de huidige topman van Lavide, Vincent Poorter.

Overigens had Scheringa in 2014 al plannen om via de toen ook al lege beurshuls Lavide de gang naar het Damrak te maken.

Dirk Scheringa: ondernemer van vallen en opstaan

Scheringa is vooral bekend van de roemruchte geschiedenis van de in 2009 omgevallen DSB Bank. Afgelopen december werd bekend dat, na een jarenlang slepende faillissementsprocedure, toch vrijwel  alle particuliere schuldeisers van DSB Bank hun geld terug krijgen.

De curatoren kwamen met een aanbod waarbij gedupeerden van het faillissement hun volledige vordering uitgekeerd krijgen, op voorwaarde dat ze afzien van rente en andere aanspraken.

Het gaat onder meer om 8000 mensen die meer dan 100.000 euro op hun rekening hadden staan, toen de bank van Dirk Scheringa failliet ging. Verder  ging het om 500 vroegere leveranciers van DSB en 22.000 polisklanten waarbij de bank destijds veel te veel provisie had gerekend.

Curator Rutger Schimmelpenninck toonde zich in december vorig jaar blij dat de claims van particulieren nu allemaal afgewikkeld kunnen worden. ,,Niemand had dat zes jaar geleden gedacht'', zegt hij. Daarmee is de afhandeling van het faillissement van DSB alleen nog lang niet klaar.

Er rest nog een schuld van 900 miljoen euro aan De Nederlandsche Bank (DNB), een 'superachtergestelde' lening van dik 30 miljoen bij financiële partijen en nog zo'n 2,6 miljard aan overige schulden. Schimmelpenninck heeft goede hoop alle schuldeisers op termijn ook nog af te kunnen lossen. Hij krijgt nog elke maand geld in het laatje. Dit komt omdat de boedel van DSB nog zo'n 77.000 leningen heeft uitstaan. Die zijn samen goed voor ongeveer 3,9 miljard euro.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl