ANALYSE – Mark Rutte heeft de verschillende Europese verkiezingen dit jaar bestempeld tot één groot gevecht tegen het ‘verkeerde soort populisme’.
De uitkomst van de verkiezingen zal zeker belangrijk zijn voor de rest van de wereld en met name de Europese Unie.
Maar hoewel het makkelijk is om mee te gaan met Ruttes verhaal, blijft de Franse presidentsverkiezing vooral een Franse aangelegenheid. Het gaat over Franse onderwerpen, net zoals de Nederlandse verkiezingen over Nederlandse onderwerpen gingen.
Aanstaande zondag is de eerste stemronde bij de Franse presidentsverkiezingen. Als er dan geen kandidaat is die een absolute meerderheid haalt, en daar lijkt het sterk op aangezien vier kandidaten in de peilingen op rond de twintig procent van de stemmen staan, volgt op 7 mei een tweede stemming tussen de nummers één en twee uit de eerste ronde.
Een overwinning van welke kandidaat dan ook moet vooral bekeken worden vanuit de Franse context, niet de Europese.
Een blik op de belangrijke onderwerpen van de Franse verkiezingen, en hoe die fundamenteel verschillen van de Nederlandse verkiezingen.
Immigratie
Immigratie is net als in Nederland een belangrijk verkiezingsonderwerp in Frankrijk, maar de problematiek is anders.
Frankrijk haalde in 2015, volgens cijfers van migratie-expert Flip van Dyke, per hoofd van bevolking niet meer asielzoekers binnen dan Nederland - minder zelfs.
Het land heeft wel een enorm terrorismeprobleem, zoals ook deze week weer bleek.
Frankrijk is het belangrijkste doelwit van gigantische, bloedige terroristische aanslagen; Parijs in januari (17 doden verspreid over 3 dagen) en november 2015 (130 doden); Nice in juli 2016 (84 doden); de gijzelingsactie in een kerk bij Rouen (1 dode); en afgelopen donderdag een schietpartij op de Champs-Élysées, waarbij 1 politieagent om het leven kwam en twee gewond raakten.
Daarmee zijn veruit de meeste slachtoffers van extremistisch geweld in Europa gevallen in Frankrijk. De nationale veiligheid is daarmee logischerwijs een ontzettend belangrijk onderwerp tijdens de verkiezingen, terwijl in Nederland de nadruk tijdens de verkiezingen vooral lag op de toestroom van asielzoekers.
Economie
Terwijl de economie in Nederland en in veel andere Europese landen opkrabbelt, blijft de Franse economie achterlopen. De staatsschuld zit tegen de 100 procent van het nationaal inkomen aan.
De Franse verzorgingsstaat kost ontzettend veel geld; de overheidsuitgaven maken 56,5 procent van het bruto binnenlands product uit - het hoogste percentage van alle ontwikkelde economieën. De pensioenleeftijd lag jarenlang op 60 jaar, die nu is verhoogd naar 62 tot 63 jaar. Sommige kandidaten, net als in Nederland, willen dat dat weer terug wordt gedraaid.
Frankrijk scoort daarnaast vooral niet goed op het gebied van concurrentie. De pro-Europese kandidaat Emmanuel Macron wil dat onder meer aanpakken door de belasting voor bedrijven te verlagen en bedrijven meer onderhandelingsruimte te geven wat betreft de 35-urige werkweek die Frankrijk heeft.
De populistische Marine le Pen wil juist het omgekeerd; liefst een vertrek uit de Europese Unie en zekerheid over de 35-urige werkweek.
Werkloosheid
In het verlengde van de economie kampt Frankrijk met een relatief hoge werkloosheid van zo’n 10,5 procent van de beroepsbevolking. De jeugdwerkloosheid is zelfs meer dan het dubbele daarvan.
Deze grafiek laat zien hoe serieus het Franse probleem is vergeleken met Nederland en een aantal andere Europese landen:
Het politieke stelsel
De manier waarop er wordt gestemd is ook bepalend voor de verkiezingen. In Nederland kiezen we het parlement, in Frankrijk kiest men bij deze verkiezingen alleen de president.
Waar er in Nederland dus al tijdens de verkiezingen wordt gepraat over mogelijke coalities en water bij de wijn, gaat het in Frankrijk aanstaande zondag puur en alleen om het machtigste poppetje van het land.
Dat gebeurt in twee rondes. De nummers één en twee van de eerste ronde gaan door naar de tweede ronde, waarna er alleen op die twee kandidaten gestemd kan worden.
Anders dan in Nederland is het ook belangrijk aan welke kandidaat de kiezers over het hele politieke spectrum aanvaardbaar vinden. De nummer één in de eerste ronde heeft wellicht een hele sterke, relatief grote achterban, maar hoeft niet per se steun te hebben van de rest van het electoraat.
Europa
Het duidelijkste raakvlak met Nederland (en Duitsland, en Groot-Brittannië) is Europa; ook in Frankrijk staat de toekomst van de Europese Unie ter discussie. Net als elders heeft Frankrijk te maken met een eurosceptische linker- en rechterflank, en een pro-Europees midden.
In het midden vinden we de kandidaten die relatief positief zijn over de EU (Fillon, Hamon), of zelfs uitgesproken pro-Europees (Macron).
Marine le Pen staat bekend als een politieke vriendin van Geert Wilders. Ook zij wil het liefst af van de euro en vindt dat de Europese Unie vooral problemen oplevert. Aan de linkerflank is daarnaast ook nog de socialistische Jean-Luc Mélenchon, die ook grote vraagtekens zet bij de EU, het kapitalisme en de invloed van multinationals.