Het zwaar bevochten akkoord over het Europese herstelfonds voor de coronacrisis van 750 miljard euro brengt extra kosten voor Nederland mee.
De kosten voor Nederland bedragen dertig jaar lang ongeveer 1 miljard euro per jaar.
Premier Rutte heeft tijdens de onderhandelingen ook punten gescoord. Zo blijft de korting op de Nederlandse afdracht aan de EU bestaan.
Het afgelopen juli beklonken akkoord over het Europese herstelfonds van 750 miljard euro in verband met de coronacrisis kan zo’n dertig jaar lang kosten meebrengen voor Nederland.
Dat meldt De Telegraaf woensdag. De krant heeft navraag gedaan bij het ministerie van Financiën over de kosten van het coronafonds. Die liggen voor Nederland in de eerste fase op iets meer dan 1 miljard euro per jaar en aan het eind van de dertig jaar op 0,8 miljard euro per jaar.
Het herstelfonds, dat in totaal 750 miljard euro groot is, bevat 390 miljard euro aan subsidies. De rest wordt gefinancierd met leningen.
Tijdens de onderhandelingen heeft premier Mark Rutte hard gevochten voor de belangen van Nederland en die van andere kleinere en relatief welvarende lidstaten.
Rutte en de overige leden van de ‘zuinige vier’ (Oostenrijk, Zweden en Denemarken) kregen steun van Finland. Maar ze stonden tegenover een machtige coalitie van Duitsland en Frankrijk, die zich per saldo hard hebben gemaakt voor grootschalige steun aan zwaar getroffen landen als Italië en Spanje.
Rutte heeft ook dingen binnengehaald voor Nederland
Rutte heeft wel enkele punten gescoord. Zo blijft de korting op de Nederlandse afdracht voor de EU-begroting bestaan. Nederland blijft netto meer bijdragen aan de begroting, maar dit effect wordt beperkt door de afdrachtkorting.
Ook mag Nederland een groter deel van de douane-inkomsten van de Rotterdamse haven zelf houden.
Verder kunnen lidstaten bij de Europese Raad van regeringsleiders aan de bel trekken als ze de indruk hebben dat een ander land economische hervormingen niet serieus neemt.
Woensdag debatteert de Tweede Kamer met Rutte over het Europese herstelfonds.
