• China is bereid om op korte termijn economische pijn te lijden door strengere regels op de leggen aan onder meer techbedrijven.
  • Op de lange termijn is het land juist gericht op sterkere economische groei.
  • Valuta-expert Joost Derks van iBanFirst signaleert dat dit tot uiteenlopende reacties lijkt op de aandelenmarkt en de valutamarkt.

ANALYSE – China zet alles op alles om de economie zo snel mogelijk te laten groeien. Dat zou je niet zeggen als je ziet hoe stevig de overheid de laatste maanden ingrijpt in het bedrijfsleven.

Enkele maanden geleden introduceerde het land bijvoorbeeld strenge regels voor de maximale tijd die leerlingen bijles mogen volgen. Een gevolg is dat sommige aandelen van beursgenoteerde bijscholingsinstituten met meer dan 80 procent gedaald.

De laatste weken ligt de techsector onder een vergrootglas. Ant Group wordt bijvoorbeeld gedwongen om de leendivisie van Alipay onder te brengen in een joint venture met enkele staatsbedrijven. Dit soort maatregelen werpen een schaduw over de groeivooruitzichten van allerlei bedrijven.

Met het huidige beleid kiest de Chinese overheid ervoor om onevenwichtigheden uit de economie te strijken. De gedachte hierachter is dat een tevreden bevolking een betere basis is voor groei op lange termijn dan een tijdelijke winstsprong in het bedrijfsleven.

Chinese ouders hechten er bijvoorbeeld enorm veel waarde aan dat hun kind op de beste universiteit terecht komt. Veel gezinnen steken zich diep in de schulden voor bijlessen, om hun zoon of dochter zo wat meer kans te geven op goede resultaten bij een toelatingstest. Het inperken van die bijlessen bespaart huishoudens veel geld en scholieren veel werkdruk.

De aanpak van de techreuzen is er vooral gericht op het voorkomen dat deze partijen door hun enorme voorraad gebruikersdata een oneerlijk concurrentievoordeel krijgen. Een monopoliepositie kan leiden tot hogere prijzen voor gebruikers.

China: aandelen versus valuta

Net zoals de overheidsmaatregelen een heel andere impact hebben op de Chinese bevolking dan op het Chinese bedrijfsleven, zit er ook een wereld van verschil tussen de gevolgen voor aandelenkoersen en de valutamarkt. De MSCI China Index staat ruim 25 procent lager dan half februari. In dezelfde periode is de Amerikaanse S&P 500-Index juist met 14 procent opgeveerd.

Tegelijkertijd wint Chinese renminbi juist terrein ten opzichte van de dollar, dankzij de maatregelen die een fundament leggen onder de toekomstige economische groei. De laatste weken is de kracht van de renminbi overigens deels ook de zwakte van de dollar. Dat is het gevolg van signalen dat de Amerikaanse economie wat minder hard groeit door krapte op de arbeidsmarkt en onderdelentekorten.

Chinese overheid: economische brandjes blussen

Overigens is het niet de eerste keer dat de Chinese regering het welzijn van de bevolking hoger aanslaat dan economische groei op korte termijn. Enkele jaren geleden was de smogoverlast in grote steden nog aanleiding om de milieuwetgeving flink aan te scherpen. De overheid heeft overigens een heel goede reden om goed te kijken naar de belangen van de bevolking.

Zolang de onvrede bij inwoners niet te hoog oploopt, hebben Chinese beleidsmakers alle ruimte om de internationale ambities na te jagen. Zoals bijvoorbeeld het vergroten van de rol die de renminbi speelt binnen de valutawereld.

Ondanks dat er nog best wat economische brandjes geblust moeten worden – zoals het aanstaande faillissement van vastgoedreus Evergrande – gaat de pijn voor het Chinese bedrijfsleven voorlopig aan de renminbi voorbij.

Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld.