Al sinds zijn zestiende is Boyan Slat bezig met zijn droom: het opruimen van de plasticsoep.

Het begon allemaal met een vakantie in Griekenland. Slat zag tijdens een duik in zee meer plastic tasjes drijven dan vissen zwemmen. Hij werkte zijn idee van drijvende barrières die afval verzamelen uit in een profielwerkstuk op het vwo.

Zeven jaar later heeft hij tientallen miljoenen opgehaald en ligt het eerste prototype van de plasticvanger in de Great Pacific Garbage Patch, een drijvende vuilnisbelt tussen Californië en Hawaï die drie keer zo groot is als Frankrijk.

Slat en zijn team zijn dicht bij een werkend concept, zo vertelde hij vorige week tegen Business Insider. De C-vormige buis houdt door een aanpassing nu al het verzamelde plastic vast. Fase twee van het project, het opschalen van het huidige model, kan hopelijk snel beginnen.

Zelf coördineert Slat de vorderingen vanuit Rotterdam, waar het hoofdkantoor van The Ocean Cleanup staat. De oceaanredder is nog nooit bij de zeebezem in de kunststofarchipel geweest. De reden? Hij wordt zeeziek.

“Ik ben weleens meegegaan op onderzoeksexpeditie in de Atlantische Oceaan. Daar was ik een week lang beroerd van”, zegt de 25-jarige uitvinder, zoon van een Kroatische kunstenaar en een Nederlandse moeder die expats begeleidde. Hij heeft het naar eigen zeggen nu ook veel te druk heeft om te gaan.

Boyan Slat houdt zich bezig met onderzoek

Slat geeft leiding aan de tachtig tot negentig werknemers op het Rotterdamse kantoor van The Ocean Cleanup. Kent hij iedereen nog bij naam? “Ja, natuurlijk. Ik interview iedereen die hier binnenkomt.”

Verder vergadert Slat wekelijks met het managementteam, maar een manager wil de geboren Delftenaar zich niet noemen. “We hebben goede leiders op alle deelprojecten. Het meeste is echt op de inhoud, op de technologie.”

Driekwart van de tijd is Slat bezig met research en development. Hij denkt met technici na over mogelijke oplossingen voor problemen, publiceert wetenschappelijke resultaten en broedt op nieuwe onderzoeksvragen.

“Het hele brein van de organisatie zit hier”, zegt Slat. “Het maken van de bouwtekeningen en de dataverwerking gebeurt in Rotterdam.”

De wereld redden kan behoorlijk saai zijn

In San Francisco zit een team van vijf mensen dat ook de zee op gaat om het systeem te testen. Daarvoor werkt The Ocean Cleanup samen met Maersk. Het Deense transportbedrijf stelt kosteloos een schip en een twintigkoppige bemanning beschikbaar.

Meegaan op een missie om de wereldzeeën te bevrijden van plastic is minder spannend dan het misschien klinkt. Het leven aan boord kan volgens Slat behoorlijk eentonig zijn. “Je moet geduld hebben”, zegt hij.

Het weer kan op zo’n 2.000 kilometer van het Amerikaanse vasteland zomaar roet in het eten gooien. The Ocean Cleanup gebruikt rubberboten om nieuwe oplossingen te testen en die mogen bij harde wind niet varen. Bij een storm moeten de onderzoekers soms dagen wachten. Dan zit er niks anders op dan het doen van metingen aan de golven, wind en stroming en te observeren hoe het systeem zich gedraagt. En af en toe haalt het team wat extra plastic uit het water.

Kriebelt het ondanks de zeeziekte toch niet om eens een kijkje te nemen bij zijn eigen plasticvanger? “Zodra er een hele vloot systemen ligt, wil ik wel een keer mee”, zegt Slat, die uiteindelijk een 9,5 kreeg voor zijn profielwerkstuk. “Dan is het dat wel waard.”

Lees meer over The Ocean Cleanup: