Volkskrant-columnist Wouter Bos maakt een aantal interessante punten in zijn column van donderdag over het begrotingstekort van Nederland. Maar hij vliegt ook een beetje uit de bocht.

Bos verbaast zich in zijn Volkskrant-column over de 20 miljard euro aan extra bezuinigingen die de ambtelijke Studiegroep Begrotingszaken onlangs als opdracht voor het volgende kabinet neerlegde. Dat bedrag zou tussen nu en 2017 aan nieuwe bezuinigingen en lastenverzwaringen moeten worden opgebracht.

Maar volgens de columnist is dat onnodige bangmakerij van de ambtenaren. Er hoeft misschien maar 7 miljard euro extra te worden bezuinigd. Dat bedrag haalt Bos uit berekeningen van het Centraal Planbureau (CPB). Vorige week maakte het CPB nieuwe berekeningen van het zogenoemde ‘houdbaarheidstekort’ bekend.

Dat is de permanente verbetering van het begrotingstekort die nodig zou zijn om bij de huidige afspraken over bijvoorbeeld AOW en zorg, te voorkomen dat de staatsschuld explodeert.

Staatsschuld onhoudbaar

Met andere woorden: als het werkelijke begrotingstekort langdurig hoger is dan
het houdbaarheidstekort, loopt de staatsschuld uiteindelijk op naar een
onhoudbaar niveau. Dat wil natuurlijk niemand, maar de afgelopen jaren is
het werkelijke begrotingstekort telkens te hoog. De huidige situatie is dus
op termijn onhoudbaar.

Vandaar de schijnbaar oneindige reeks aan bezuinigingsplannen, bij aanvang van
ieder nieuw kabinet. Het was telkens zuur, het zoet kwam nooit. Dat lag,
behalve aan economische tegenvallers, ook aan het gebrek aan hervormingszin
van de achtereenvolgende kabinetten.

Immers, de meest effectieve manier om het houdbaarheidstekort te verminderen
is door de toekomstige uitgaven structureel te verlagen. Een hogere AOW- en
pensioenleeftijd, afbouw van hypotheekrenteaftrek, efficiëntere zorg, een
beter werkende arbeidsmarkt, het zijn allemaal manieren om de staatsschuld
op termijn houdbaar te maken.

Het pensioenakkoord van minister Henk Kamp hielp daarom al een beetje. De
hervormingen van het Lente-Akkoord van VVD, CDA, D66 GroenLinks en de
ChristenUnie deden er een flinke schep bovenop. Samen met de voorgenomen
bezuinigingen en lastenverzwaringen levert dat een flinke verbetering van de
houdbaarheid van de overheidsfinanciën op. Er is nog een inspanning ter
waarde van 7 miljard euro nodig, en de staatsschuld is houdbaar.

Bos heeft het in zijn column zelfs over slechts 2 miljard euro die nodig zou
zijn. Maar daarbij gaat hij ervan uit dat het volgende kabinet pensioen en
hypotheekrenteaftrek nog verder versobert. Zover zijn we nog (lang) niet.

Extra bezuinigingen

Maar als we er met 7 miljard euro al zijn, waarom wil de Studiegroep Begrotingsruimte dan dat het volgende kabinet tot 2017 nog eens 20 miljard bezuinigt? Dat komt omdat de Studiegroep ook naar andere zaken kijkt dan de houdbaarheid.

Begrotingsafspraken, bijvoorbeeld. Op aandringen van Nederland gaat de
Europese Commissie de regels van het Stabiliteitspact voortaan extra streng
hanteren. Eén van die regels is dat het structurele tekort (geschoond voor
de invloed van conjunctuur) elk jaar met een half procentpunt van het bruto
binnenlands product moet verbeteren. Dat komt neer op een extra bezuiniging
voor het volgende kabinet van 13 miljard euro.

De Studiegroep bouwt ook nog een flinke veiligheidsmarge in. De financiële
crisis kan verergeren, de recessie kan verdiepen en de afgelopen jaren is
gebleken dat de overheidsbegroting daar zeer gevoelig voor is. Bovendien wil
de Studiegroep mikken op een structureel begrotingsevenwicht in 2017. Bij
elkaar levert dat een noodzakelijke bezuiniging op van 20 miljard.

Volgende generaties

Volgens Bos is dat overdreven. Bij 7 miljard euro bezuinigen is de schuld
houdbaar, dus waarom zou je zo nodig nog meer willen doen? Over de Europese
regels schrijft hij: “Als we die richtlijnen nu onverkort blijven volgen,
laten we volgende generaties geen schuld na, maar geven we ze extra vermogen
cadeau.”

Met die opmerking vliegt de voormalige minister van Financiën uit de bocht.
Ook als de financiën houdbaar zijn, laten we de volgende generaties een
forse schuld na. Het enige ‘cadeau’ dat we ze geven is dat de schuld niet
explodeert. Hartelijk bedankt.

Er zijn dus prima redenen om meer te doen dan de 7 miljard euro uit de
houdbaarheidsanalyse. Internationale regels volgen, het structurele tekort
wegwerken, veiligheidsmarges inbouwen om toekomstige tegenvallers voor te
zijn, én de schuld van de volgende generaties verminderen; ik ken slechtere
argumenten.

Enorm gat op de begroting

Hoe was het ook al weer toen Wouter Bos zelf de beslissingen nam op het
ministerie van Financiën? Van de nu blijkbaar zo belangrijke
houdbaarheidscijfers van het CPB trok hij zich toen weinig aan. In 2008
presenteerde hij trots een begrotingsoverschot, maar negeerde de slechte
houdbaarheidscijfers van dat moment.

Een jaar later dacht hij er verstandig aan te doen om de werknemerspremie voor
de WW af te schaffen, waardoor de koopkracht steeg. Dat zou de economie
moeten aanzwengelen, maar zorgde vooral voor een enorm gat op de begroting.
Houdbaarheid speelde in die dagen blijkbaar geen rol.

Dat is precies het gevaar van de verschillende begrotingsindicatoren. De
politiek heeft altijd de neiging om het getal te kiezen dat er op dat moment
toevallig het meest gunstig uit ziet. Zeker in verkiezingstijd is dat
bloedlink.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl