Waarom heeft Europa geen Google, geen Ebay, geen Apple, geen HP? Met andere
woorden. Waarom is er hier geen plek zoals Silicon Valley waar goede
ICT-ideeën kunnen uitgroeien tot megabedrijven?
Niet omdat Europa het niet probeerde. De nieuwste poging wordt
ondernomen door de EU. Die wil van 2007 tot 2013 voor 308 miljard euro aan
structuurfondsen investeren, met als doel het creëren van een of meerdere
Silicon Valley’s in Europa. Er moeten technologieclusters komen, vindt de
Europese Commissie.
Maar waarom is het tot nu toe niet gelukt? Steven Casper, voormalig
onderzoeker aan Cambridge University, probeerde daar een antwoord op te
vinden in zijn boek ‘Creating Silicon Valley in Europe’.
"In Silicon Valley komen drie factoren succesvol bijeen. Er zijn
veel investeerders die risico durven te nemen. Er is een goede arbeidsmarkt
met een goed onderling netwerk. En omdat veel geld kan worden verdiend met
een succesvol bedrijf is er een belangrijke prikkel om ook heel lang en hard
te werken.”
En deze combinatie is niet ontstaan door inmenging van een overheid, maar
vooral door marktwerking. “Oprichters van bedrijven legden onderling
relaties. Deze entrepreneurs hebben samen een risicobevorderend klimaat
geschapen. Dat kun je heel moeilijk van boven opleggen.”
Hoe fout het kan gaan als de overheid zich ermee bemoeit, toonde Duitsland in
de tweede helft van de jaren negentig. Het land wilde de VS volgen en
investeerde flink in technologie-startups. Honderden bedrijfjes ontstonden.
"Met rampzalige gevolgen. Het grootste deel daarvan was niet
levensvatbaar en kon alleen overleven met steun van de overheid.
Risico-investeerders bestonden nauwelijks. Tenslotte stapten de slimme,
goede mensen niet in zo’n onzeker avontuur. Zij maakten liever carrière
binnen een groot stabiel bedrijf zoals Siemens.”
Gevolg: er was geen vervolg. Geen goede managers en evenmin geld om een
bedrijf naar een hoger plan te tillen. Na de 'dotcom bubble' klapte de hele
industrie in elkaar.
Maar, benadrukt Casper, dat is niet iets cultureels. “In ieder geval niet in
de betekenis van iets onveranderlijks, iets externs. Het is heel goed
rationeel te verklaren. Bovendien, als het echt een cultureel probleem zou
zijn, zou bijvoorbeeld Zweden nooit van een aartsconservatieve natie kunnen
veranderen in een van de meest dynamische landen van Europa. Met veel kleine
bedrijven die met draadloze technologie bezig zijn.”
“Toegegeven, investeerders in Europa zijn over het algemeen conservatiever.
Maar dat ligt voor een groot deel aan strengere regelgeving. Een beursgang
is, met uitzondering van Engeland, bijna onmogelijk voor een bedrijf in de
ontwikkelingsfase.”
De Europese Commissie werkt hard om dit te versoepelen. Die wil zones
creëren met lage belastingen en aantrekkelijke prijzen voor kantoorruimte en
hulpdiensten. Maar daarmee is ze er nog niet, denkt Casper.
“Zeker niet. De arbeidsmarkt is ontzettend belangrijk. In Silicon Valley
bestaat een uitgebreid netwerk van technische mensen. Deze wisselen kennis
uit en veranderen om de haverklap van baan. Zo’n netwerk bestaat niet in
Europa.”
Daar tegenover staat weinig sociale zekerheid en nauwelijks
ontslagbescherming. Vakbonden hebben weinig te vertellen in Silicon Valley.
Ook dat is tegengesteld aan Europa.
“Het risicomijdende gedrag van bijvoorbeeld de Duitsers is
rationeel gezien best logisch. Je gooit heel veel zekerheid weg als je een
bedrijf begint, met beperkte kans er iets voor terug te krijgen.”
Overheden willen volgens Casper vaak én een innovatief bedrijfsleven én
sociale zekerheid. “Dat laatste durft vrijwel niemand af te schaffen, want
dat valt niet goed bij de bevolking. Maar het werkt wel remmend, omdat het
de prikkel om risico’s te nemen wegneemt.”
Talentvolle lieden gaan in Europa liever voor grote bedrijven werken.
Daar bouwen ze aan hun carrière. “Zelfs in de VS is Silicon Valley een
uitzondering. In The Valley gaan talentvolle mensen ook veel makkelijker weg
als er ergens anders weer een interessant initiatief wordt gestart.”
Maar Europa heeft eigenlijk ook geen Silicon Valley nodig, stelt Casper. Er is
volgens hem genoeg innovatie, maar dan gepaard aan minder risico. “De
bedrijfssoftware van SAP is een fantastisch voorbeeld. Geen nieuwe standaard
of een nieuw platform, maar voortborduren op een bestaande technologie.”
Daardoor wordt er ook wel wat minder verdiend dan in de VS.
Het kennisniveau aan universiteiten in Europa ligt nog steeds heel
hoog, vindt hij. Daar moeten overheden in blijven investeren. En in de
infrastructuur. “Ze moeten mogelijk maken, maar juist niet gaan forceren
door te investeren in startende bedrijven.”
Europeanen moeten ook niet vergeten waar ze goed in zijn. “Duitsers produceren
bijvoorbeeld gereedschap. Daar zijn we in de VS helemaal niet goed in.” En
datzelfde geldt nu volgens Casper voor de automarkt. De Amerikanen, eens
leidend, worden nu links en rechts ingehaald door de Duitsers en Aziaten.
“De chemische industrie is weer een voorbeeld. Groot in Europa, beperkt in
de VS.”
Richten op markten met een gemiddeld risico is voor Europa een prima
strategie voor de middellange termijn, denkt hij. “En op lange termijn weet
niemand wat er gebeurt. Kijk maar naar de automarkt.”
En als we in Europa dan toch echt een Silicon Valley willen? Casper aarzelt
niet. “Cambridge, zonder twijfel. Hier bestaat in sommige opzichten zelfs
een beter innovatieklimaat dan in Silicon Valley. Maar ook hier ontbreekt
nog dat netwerk.”
Stockholm met zijn draadloze technologie en IT-stad München zijn eveneens
kandidaten. Nederland niet. “Maar ik ken de situatie bij jullie alleen
globaal.”
Casper koestert wel warme gevoelens voor ons land. Hij verbleef er
negen maanden, in Wassenaar. “Jullie zijn een beetje een mix van de Engelsen
en Duitsers. Dat is niet verkeerd.”
Hij zag veel ondernemerschap, veel startende bedrijfjes. “Maar opschalen is
een probleem. Je hebt investeringen nodig om naar het volgende niveau te
groeien. En daar stokt het vaak, heb ik begrepen.”
Kijk naar Zweden, is zijn advies. “Toch een klein land dat het voor elkaar
heeft gekregen een succesvol klimaat voor innovatieve bedrijfjes te creëren.”
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl