Europese landen dienen hun belofte om nog een zetel op te geven in het bestuur van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) snel na te komen. Dat stelde de Amerikaanse minister van Financiën Jack Lew zaterdag bij de jaarvergadering van het IMF.
De EU-lidstaten beloofden in 2010 om twee van hun acht zetels bij het IMF af te staan, om ruimte te maken voor opkomende economieën. In dat kader besloten Nederland en België in 2012 hun zetel te gaan delen. Verdere stappen zijn echter nog niet gezet.
“Onze Europese collega’s moeten deze belangrijke stap volledig en direct zetten”, zei Lew tegen zijn collega-ministers in Washington. “Het bestuur vormt zo een betere weerspiegeling van de veranderende wereldeconomie.”
De VS stemden zelf pas vorig jaar in met de ook in 2010 afgesproken kapitaalverhoging van het IMF. Naast een verdubbeling van het fonds was die operatie eveneens bedoeld om opkomende landen een grotere stem te geven.
Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië hebben een individuele zetel bij het IMF. Italië, Spanje en Denemarken vertegenwoordigen binnen het bestuur een groep landen, net als Nederland en België samen doen. Zwitserland, dat geen lid is van de EU, heeft als aanvoerder van zo’n kiesgroep ook een zetel in het IMF-bestuur.