De werkgeversorganisatie schrijft in een brief aan de regering dat de
energievoorziening te belangrijk is om een besluit over de verkoop van de
bedrijven aan provincies en gemeenten over te laten. Die hebben de aandelen
in handen.
"Er is hier een nationaal belang in het geding”, staat in de brief, die
donderdag naar premier Jan Peter Balkenende is gestuurd. VNO-NCW wil dat het
kabinet regelt dat een besluit over de verkoop minstens drie maanden wordt
uitgesteld. "In deze periode moet Nederland de verkoop van de
energiebedrijven nogmaals principieel wegen.”
RWE wil Essent
Het Duitse bedrijf RWE wil Essent overnemen. De miljardendeal gaat door als
het 80 procent van de aandelen krijgt aangeboden. De provincie Noord-Brabant
bezit 30,8 procent van de aandelen. Provinciale Staten stemden tegen
verkoop, maar een definitief besluit is nog niet genomen.
Het Zweedse energiebedrijf Vattenfall wil Nuon overnemen. Het standpunt van
VNO-NCW is niet nieuw. "Dit hebben we al diverse malen uitgedragen. Dat
we er nu mee komen, heeft natuurlijk alles te maken met de weifelende mensen
in Brabant”, aldus een woordvoerder.
Verantwoordelijkheid aandeelhouders
Minister Maria van der Hoeven (Economische Zaken) beschouwt de verkoop van de
energiebedrijven volgens haar woordvoerder als een verantwoordelijkheid van
de aandeelhouders, in het geval van Essent is dat de provincie
Noord-Brabant. Daarbij wijst de zegsman erop dat Van der Hoeven eind april
al heeft aangegeven wat belangrijke voorwaarden zijn. Zo is volgens haar het
splitsingsplan van groot strategisch belang, omdat zo moet worden
zekergesteld dat de energienetten in publieke handen blijven om de
energielevering te garanderen. Ook moet de positie van kerncentrale Borssele
goed geregeld zijn.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl