- De Nederlandse industrie vroeg in april gemiddeld 1 procent minder voor hun goederen, meldt het CBS.
- De afzetprijzen lieten daarmee voor het eerst sinds oktober vorig jaar een daling zien.
- Volgens het CBS hangen de prijzen sterk samen met die van ruwe aardolie, die op jaarbasis bijna een derde lager was.
- Lees ook: Nederlandse industrie groeit, Duitse economie sterker
De prijzen die Nederlandse industriebedrijven vragen voor hun goederen waren in april gemiddeld 1 procent lager dan in dezelfde maand vorig jaar, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De afzetprijzen lieten daarmee voor het eerst sinds oktober vorig jaar een daling zien. In maart stegen de prijzen met 0,4 procent.
De producentenprijzen kunnen invloed hebben op de inflatie omdat bedrijven ze doorberekenen aan afnemers. Bij sterk stijgende afzetprijzen kan de inflatie toenemen, terwijl die bij dalende prijzen wordt afgeremd.
Volgens het CBS hangt de ontwikkeling van de producentenprijzen sterk samen met de prijzen van ruwe aardolie. In april kostte een vat ruwe North Sea Brent bijna 29 procent minder dan een jaar eerder. In maart was olie ruim 15 procent goedkoper dan een jaar eerder.
Producten van de aardolie-industrie waren in april 21 procent goedkoper dan een jaar geleden. In maart lagen de prijzen ruim 11 procent lager dan een jaar eerder. De afzetprijzen van de chemische industrie waren vorige maand 3,8 procent lager dan een jaar eerder. In maart lagen de prijzen 1,1 procent lager dan in maart 2024.
In vergelijking met maart daalden de industriële afzetprijzen vorige maand met 0,7 procent. De prijzen op de buitenlandse markt daalden met 0,8 procent en de prijzen op de binnenlandse markt namen met 0,6 procent af.