- De banengroei valt sterk terug: slechts 130.000 nieuwe banen tot 2027, fors minder dan voorgaande jaren.
- Door vergrijzing en onzekerheden in sectoren als landbouw en industrie krimpt het aantal banen lokaal, ondanks blijvende vraag.
- Het aantal vacatures blijft ondanks de ontwikkelingen onverminderd hoog: werkgevers moeten inzetten op technologie en slimme processen om personeelstekorten op te vangen.
- Lees ook: Krapte op de ICT-arbeidsmarkt neemt af, maar blijft historisch groot
De banengroei in Nederland vertraagt aanzienlijk door een matige economische ontwikkeling. Het UWV verwacht dat er tussen 2024 en 2027 slechts 130.000 banen bijkomen; een stijging van 1,1 procent.
Ter vergelijking: tussen 2021 en 2024 groeide de werkgelegenheid nog met 750.000 banen, wat deze nieuwe prognose een duidelijke afkoeling laat zien.
Wat meespeelt is dat de beroepsbevolking nauwelijks nog groeit door de vergrijzing. In de zorg neemt de werkgelegenheid nog toe, maar in de landbouw, industrie, uitzendsector en groothandel krimpt het aantal banen naar verwachting.
De landbouw heeft bijvoorbeeld te maken met onzekerheden rond wet- en regelgeving en hoge grondprijzen. Agrariërs die willen stoppen, vinden volgens het UWV vaak moeilijk een opvolger. De instantie ziet daarnaast dat de uitzendsector krimpt, doordat werknemers vaker een direct dienstverband krijgen.
Er blijven nog altijd veel vacatures open staan
Volgens UWV-arbeidsmarktdeskundige Rob Witjes zorgen de mogelijke Amerikaanse importheffingen van president Donald Trump voor extra onzekerheid bij werkgevers, wat de banengroei verder kan afremmen. Dat speelt vooral in exportgerichte sectoren zoals de metaal- en chemische industrie.
"Tegelijkertijd blijft de vraag naar arbeid hoog door vervanging van vertrekkend personeel", aldus Witjes. "Werkgevers blijven de komende jaren last houden van personeelstekorten."
Hoewel de werkgelegenheid slechts licht toeneemt, blijven er zo veel vacatures. Het UWV verwacht tot 1,5 miljoen ontstane vacatures per jaar. Sectoren als zorg en welzijn, detailhandel en horeca blijven daarbij koplopers.
De aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt vraagt volgens Witjes om creatieve oplossingen. Werkgevers zullen onder andere meer moeten investeren in technologie en efficiëntere werkprocessen.