De rood-wit-blauwe vlag, die op bijna alle kledingstukken van Tommy Hilfiger
te bewonderen is, mag weer uit. Vandaag maakte het in Amsterdam gevestigde
bedrijf de cijfers bekend over het afgelopen gebroken boekjaar.

De verkopen stegen met 14,4 procent naar 1.340 miljoen euro. In Europa,
waar het merk het grootste is, groeide de omzet met 22,8 procent. En ook in
de Verenigde Staten, waar het bedrijf jarenlang kwakkelde, werd een
bescheiden omzetgroei van 2,5 procent geboekt.

Hiermee lijkt de rebranding die het merk in de States heeft opgezet, geslaagd.
In de jaren tachtig was Tommy Hilfiger een van de bekende Amerikaanse
ontwerpers, op hetzelfde niveau als Ralph Lauren, Donna Karan en Calvin
Klein.

Begin jaren negentig werd de Tommy Sportlijn populair onder hiphoppers. In de
urban scene waren kledingstukken met het logo niet aan te slepen. Op het
hoogtepunt in 2000 boekte het bedrijf een omzet van twee miljard dollar
(omgerekend ook ongeveer twee miljard euro).

Het merk kwam echter in de problemen toen rappers liever andere merken
als Sean John en Rocawear gingen dragen. In het eigen traditionelere
marktsegment kwamen concurrerende merken als Abercromby & Fitch en
American Eagle op. De verkopen in de VS daalden scherp.

In 2006 werd het bedrijf voor 1,6 miljard dollar gekocht door
investeringsmaatschappij Apax en er werd een grootschalige reorganisatie
ingezet. Fred Gehring, hoofd van de wel succesvolle Europese tak van het
merk, werd aangesteld als CEO.

Zijn belangrijkste taak was om het merk in de VS weer in een hoger segment in
de markt te zetten. Daartoe sneed het bedrijf in het aantal verkooppunten.
De Tommy Sportlijn mag nu bijvoorbeeld alleen nog maar verkocht worden bij
het chique warenhuis Macy's.

Ook opent Tommy Hilfiger het komende jaar twee grote Flagship stores.
Een op Fifth Avenue in New York en een in Miami.

In een interview met Women's Wear Daily noemt Gehring het feit dat Tommy
Hilfiger in private handen is, een van de succesfactoren van de ommekeer. "Deze
reorganisatie was moeilijk te realiseren geweest in het publieke domein,
waarbij je ieder kwartaal alles moet rapporteren. Nu we die achter de rug
hebben, is het vanuit een merkenperspectief beter om naar de beurs te gaan.
Die transparantie is prima reclame wanneer het goed gaat."

Toch lijkt het niet waarschijnlijk dat het bedrijf de beursgang snel
maakt. In oktober vorig jaar lekten plannen uit van Apax om Tommy Hilfiger
naar de beurs te brengen. Dit voornemen werd echter in januari geschrapt
omdat de marktsituatie te slecht zou zijn.

In april berichtte de Financial Times dat Tommy Hilfiger opnieuw de
mogelijkheden van een beursgang aan het bekijken was, maar waarschijnlijk
pas voor het najaar van 2009.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl