Na twee positieve handelsdagen op rij sloot de toonaangevende Dow-Jonesindex
vrijdag op 11.543,96 punten, een verlies van 171,22 punten ofwel 1,5
procent. Ook de breed samengestelde S&P 500 verloor fors. De index eindigde
17,84 punten lager (1,4 procent) lager op 1282,84 punten. Technologiebeurs
Nasdaq noteerde een stand van 2367,52 punten, 44,12 punten ofwel 1,8 procent
lager dan de slotstand van donderdag.

Het aandeel Dell duikelde vrijdag met bijna 14 procent omlaag. De
computerfabrikant presenteerde donderdag nabeurs tegenvallende winstcijfers
over het tweede kwartaal. Volgens Dell spenderen bedrijven wereldwijd minder
in technologie. Beleggers vrezen dat dit niet alleen bij de op een na
grootste computerfabrikant speelt, maar voor de gehele technologiesector
geldt.

In het kielzog van Dell daalde het aandeel van rivaal IBM met ruim 2 procent.
De technologie-aandelen stonden verder onder druk door chipmaker Marvell
Technology, die terughoudend is met de verwachtingen voor het derde
kwartaal. Het aandeel werd 4 procent minder waard.

"De markt is gewoon erg fragiel. Als een niet-financiële onderneming
tegenvallende resultaten bekendmaakt, dan verstoort dat de markt", aldus een
vermogensbeheerder uit Pennsylvania.

Beleggers kregen behalve Dell tegenvallende macrocijfers te verwerken
daags voor het lange weekend. Maandag houdt Wall Street de deuren gesloten
wegens de viering van Labor Day, een feestdag in de Verenigde Staten ter ere
van arbeiders, gehouden op de eerste maandag van september.

Het persoonlijk inkomen in de Verenigde Staten is in juli sterker gedaald dan
verwacht. De consumptie groeide mede hierdoor minder snel dan in juni. De
daling van het gemiddeld inkomen uit werk, rente en vermogen in juli was de
sterkste daling sinds augustus 2005. Toen waren het de gevolgen van de
orkaan Katrina die erin hakten.

De olieproductie in de voor de energiemaatschappijen belangrijke Golf
van Mexico is vrijwel tot stilstand gekomen in afwachting van de komst van
de tropische storm Gustav dit weekend. Hierdoor steeg de olieprijs
aanvankelijk tot 118 dollar per vat. Hogere olieprijzen betekenen hogere
kosten voor het bedrijfsleven. Inmiddels is de prijs weer gezakt tot een
niveau van rond de 115 dollar per vat.

De euro noteerde 1,4666 dollar, vrijwel onveranderd ten opzichte van de stand
aan het slot van de Europese aandelenhandel eerder op de dag.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl