Dit blijkt uit het jaarlijkse onderzoek van de Hay Group naar het
beloningsbeleid in Nederland.

De aanvangssalarissen van mensen met een hogere opleiding stegen in
2006 en 2007 van 28.785 euro naar 31.710 euro. Dit is een stijging van
gemiddeld vijf procent per jaar.

In 2005 en 2004 daalden de startsalarissen nog, maar de Hay Group verwacht dat
de huidige opgaande lijn zich dit jaar en de komende jaren zal voortzetten. De
loonontwikkeling hangt namelijk nauw samen met de afnemende werkloosheid.

Beginnende werknemers kunnen steeds vaker kiezen tussen vergelijkbare
werkgevers, aldus Bart Godthelp van de Hay Group. "De hoogte van het salaris
speelt hierdoor een steeds belangrijkere rol bij het aantrekken van de
juiste starters.”

Om mensen te trekken, steken werkgevers meer geld in opleidingsmogelijkheden.
Volgens de Hay Group lopen bedrijven die dat niet doen de kans dat zij het
moeilijk krijgen starters aan te trekken en te behouden.

Om de spanning op de arbeidsmarkt te verlichten, streeft de overheid
ernaar meer mensen aan het werk te krijgen. Nu ligt de arbeidsparticipatie
rond de 65 procent. Het streven is dat te verhogen naar tachtig procent in
2016.

"Dit gaat de regering nooit redden als werkgevers in dezelfde vijver blijven
vissen,'' stelt Godthelp. Bedrijven richten zich volgens hem nog te veel op
jonge, hoogopgeleide autochtone mannen. Het potentieel onder vrouwen,
ouderen en allochtonen blijft deels onbenut.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl