De Franse president Nicolas Sarkozy roept dat de crisis in Europa voorbij is
en Ahold zou haar systemen klaarmaken voor een terugkeer naar de gulden. Wie
van de twee heeft geen visie?

In het geval van Sarkozy kun je nog verdedigen dat het een politieke uitspraak
in een verkiezingsjaar is. Maar Ahold? Wat weet ’s land kruidenier dat wij
niet weten? Het blijft gissen. Of gisten, zo u wilt.

Griekse schuldverlichting

Maar naar aanleiding van de bereikte deal met Griekenland zijn we eens verder
gaan neuzen in de analyses en het blijkt voor de zoveelste maal dat de zaken
net even anders liggen dan ons wordt voorgeschoteld.

De nieuwe afgestempelde Griekse obligaties noteerden vorige week in de grijze
markt rond de 20 procent van de oorspronkelijke waarde. Dat komt overeen met
een effectief rendement van 19 procent. Dat is natuurlijk al een stuk beter
dan het 35 procent rendement die de oude 10-jarige obligaties boden, als je
kijkt naar het risicoprofiel. Maar het geeft wel aan dat de afstempeling bij
de schuldverlichting op ongeveer 80 procent van de oorspronkelijke waarde
ligt, in plaats van de 70 procent waarvan eerder werd uitgegaan.

Dat effectieve rendement van 19 procent betekent dat Griekenland overigens nog
een stuk risicovoller wordt geacht dan Portugal, waarvan het rendement op
vergelijkbare staatsobligaties momenteel op 14 procent ligt.

Unieke deal

De private sector had 206 miljard euro aan Griekse obligaties. Meer dan 90
procent van deze obligatiehouders gaat akkoord met een schuldsanering.
Daardoor is de gehele schuldenreductie van Griekenland groter dan 70 procent
en dat is bijna twee maal zo groot als het wereldwijd historisch gemiddelde,
dat op 38 procent ligt.

Dus mag je zeggen dat er voor Griekenland een unieke deal gesloten is. Die is
echter pas geslaagd als de doelstellingen van de overeenkomst worden
bereikt: het herstel van de kredietwaardigheid, zodat het land in de
toekomst opnieuw op de kapitaalmarkt kan lenen.

Verder moeten rente en aflossingen op de resterende leningen zonder hulp van
buitenaf kunnen worden betaald. Deze sanering is nog warm en nu al wordt
gesuggereerd dat Griekenland in 2015 opnieuw hulp nodig heeft, omdat ze het
op eigen houtje niet zullen redden.

Een andere speculatieve factor in deze zijn de verkiezingen van mei dit jaar.
Van de Grieken zelf vindt 55 procent dat het onder de technocratische
Papademos steeds uitzichtlozer wordt en is niet denkbeeldig dat een nieuwe
regering zo maar reeds gemaakte afspraken aan haar laars lapt, als daar
politiek voordeel uit te halen valt.

Vijf jaar hulpvrij

Een andere maatstaf om te bezien of een schuldensanering succes heeft, is de
5-jaars regel. Dat houdt in dat indien binnen vijf jaar geen nieuwe hulp
nodig is of er geen faillissement plaats vindt, de sanering succesvol is
geweest.

Op basis van die 5-jaars regel zijn er in de laatste 15 jaar van de tientallen
staatsschuldsaneringen slechts vier succesvol gebleken: Pakistan (1999),
Okraïne (2000), Uruguay (2003) en de Dominicaanse Republiek (2005). Bij deze
vier vond naast het uitblijven van een faillissement inderdaad herstel van
de kredietwaardigheid plaats.

Maar of dat ooit bij Griekenland plaats zal vinden is zeer de vraag. Zelfs in
het meest positieve scenario zal de staatsschuld niet onder de 120 procent
van het bruto binnenlands product zakken. Dat percentage lag eind vorig jaar
boven de 160 procent (zie deze
grafiek
).

Griekenland glijdt weg in een depressie. Nog meer bezuinigingen geeft nog meer
sociale onrust en verhindert tegelijkertijd mogelijke economische groei.
Griekenland is een stuk ongezonder dan Portugal en deze
grafiek (2)
ziet u dat de markt een faillissement van Portugal al boven
de 70 procent inschat.

Portugal: 2013

Voor Portugal komt trouwens het moment van de waarheid in 2013, als er een
grote herfinanciering moet plaats vinden. Brussel heeft uitdrukkelijk
gesteld dat er geen nieuwe herstructureringen komen en dus wordt Portugal de
testcase voor het nieuwe noodfonds.

Maar ja, eerder heeft Brussel ook gesteld dat Griekenland de belastingbetaler
geen cent zou kosten. Inmiddels is de Nederlandse staatsschuld tot boven de
400 miljard euro gestegen en dat is ruim 24.000 euro per Nederlander. Een
stukje daarvan zit in Griekenland. Het klinkt als Berend Botje.

Lees ook:

Lees meer artikelen van Rob Putter

Rob Putter is zelfstandig vermogensadviseur voor financieel adviesbureau
Uniquest, onderdeel van de Latin
Capital Group
. De informatie in deze column bevat geen individueel
beleggingsadvies of aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. De
auteur heeft geen posities in de hierboven genoemde aandelen.

Volg de markten op Z24 Beurs

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl