De drie partijen maakten in maart afspraken over een gezamenlijke interventie
als de dollar hevig in waarde zou dalen. In het plan, dat voorzag in een
gecoördineerde aankoop van de Amerikaanse munt en de verkoop van euro’s en
yens, was niet vastgesteld hoe ver de dollar zou moeten vallen voordat er
zou worden ingegrepen.

Afgelopen voorjaar baarde de dalende dollar Washington steeds meer zorgen
omdat een zwakke valuta de inflatie zou kunnen opjagen.

Europa en Japan waren ook niet gelukkig met de goedkope dollar omdat
Europese en Japanse producten voor Amerikanen steeds duurder werden. De
afgelopen weken heeft de dollar zich hersteld. Een euro kostte donderdag
1,4785 dollar.

Hoewel het plan niet is uitgevoerd, denken analisten dat door het bestaan
ervan het vertrouwen van handelaren in de dollar de komende tijd verder zal
toenemen.

De laatste keer dat een gezamenlijke interventie op de valutamarkten
plaatsvond was in september 2000. Toen krikten de ECB en de centrale banken
van Japan, Groot-Brittannië en de VS de koers van de euro op.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl